Het leek eindelijk een beetje lente te worden. De winter was zacht, maar de lente is tot nu toe telkens valse starts geweest. Elke keer als het een beetje lekker kan gaan worden, komt er weer een regenbui die de boel wegspoelt. En vorig weekend was het nog steeds niet een echte lentedag geweest, maar had ik beslist dat het nu maar lente is voor mij. Ik had het lente-gevoel, ik had het op mijn heupen. De ramen moesten open, de stofzuiger moest door het huis, en ik had de neiging om àlles in huis aan de straat te zetten.
Mijn huisgenootje was de deur uit dat weekend, naar haar ouders, dus ik had éven weer het huis voor mezelf. Ik was eerst van plan heel wat werk te gaan doen aan een stuk dat ik voor mijn studie moet schrijven, maar mijn handen jeukten zo hard om lenteschoonmaak te houden dat ik mijn aandacht er niet bij kon houden. Het begon met even mijn handdoeken in de was doen, en voor ik het wist was ik de boeken uit de boekenkasten aan het halen om eens goed uit te kunnen stoffen.
Dus die zaterdagavond zat ik in een stil huis, en dat is raar want anders staat Netflix àltijd aan in de woonkamer, waar alles uit de kasten was gehaald, waar alle meubels van de muur waren getrokken, waar ik zelfs de randen van de vloerbedekking had opgetrokken om die smerige naden te kunnen stofzuigen, en ik had het koud en ik was happy. Ookal waren mijn matrassen zeiknat geworden omdat ze op mijn balkonnetje hadden staan luchten terwijl het zonderdat ik het merkte zachtjes was gaan regenen.
Ik sliep die nacht op een stapeltje vloerkleden en badmatten, en ookal was het een beetje een kampeergevoel, ik sliep toch erg lekker. De volgende dag ging ik door met opruimen en schoonmaken, en werden mijn plannen steeds groter. De kasten die ik net had uitgesopt wou ik eigenlijk tochmaar bij het grofvuil zetten, en dan had ik mooi een muur voor een muurschildering. Maar dan moest ik wel even mijn hele huis opnieuw behangen en verven.
Dus ik zat tussen het soppen en sjouwen door op mijn stapeltje badmatten, in mijn joggingpak dat als een worstenvel om me heen zit omdat ik er te gezellig voor ben, op blote smerige voeten, met een sjaal om mijn haar heen als een soort tulp, en met al mijn nagels rafelig en kapot. In mijn ene hand een kop koffie, en in mijn andere hand mijn telefoon, te kijken naar welke kwaliteit behang ik ga kopen.
En dan gaat er een wekker af op mijn telefoon, want ik moet zo vertrekken want ik had een klant, weet ik nog?
Die wekkers zet ik niet als ik moet beginnen met optutten en voorbereiden. Die zijn om te zorgen dat ik niet te làng tut. Ik ben soms heel vlot en efficiënt met mijn voorbereiding op een date, maar soms kan ik eindeloos mijn make-up en mijn haar blijven bijwerken omdat ik het gewoon nog niet goed genoeg vind. En ookal heb ik geen kookwekkers nodig omdat mijn hoerenklokje in mijn hoofd zo goed is, tijdens de make-up werkt het gewoon niet altijd.
Ik zit als een stinkerig smerig tulpworstje in een vuilnishoop, en mijn telefoon vertelt me dat ik over vijf minuten de deur uitmoet. Dat was even schrikken hoor! Klanten denken altijd dat we ons hele leven doorbrengen terwijl we gekapt en geschminkt zijn voor een date, dat we alleen even onze schoenen aan hoeven te doen en in de auto te springen, maar voorbereiden voor een date kost vaak netzoveel tijd als de date zelf.
Om heel eerlijk te zijn heb ik even het plannetje gehad om de klant te vertellen dat ik ziek was en niet kon. Maar dat is kinderachtig en onvolwassen, en dat soort dingen wil ik niet in mijn journaal terug hoeven lezen. Ik ben dus maar héél snel gaan voorbereiden. Natuurlijk kan ik geen optutsessie van anderhalf uur in vijf minuten proppen, maar achteraf ben ik wel verbaasd over hoeveel er nog wèl lukte.
Koud douchen is lekker snel, afdrogen deed ik maar half, mijn make-up heb ik in minder dan de helft van de gewone stappen gedaan, ik heb het eerste setje uit mijn la meteen gepakt, en zonder kousen onder mijn rokje in het eerste paar schoenen gestapt die ik als paartje kon vinden, mijn haar gevlecht inplaatsvan het helemaal mooi te maken, en ik ben de deur uitgerend naar de auto.
Pas op de snelweg zag ik wat al die schoonmaak met mijn nagels had gedaan. En dat ik mijn tanden niet had gepoetst, ondanks al dat werken en al die koffie. Toen ik aankwam en even in mijn spiegel keek hoe mijn gezicht zat, zag ik pas dat ik de onderwimpers bij één ookg wèl, en één oog níét gemascara'd had. En dat ik op de ene wang de blusher hoger had zitten dan op de andere. Het was echt beschamend.
Maar dat is allemaal met een veeg van mijn handen, met een doekje, met een nagelvijl uit mijn escorttas of met de ouwe L'Oreal mascara van waarschijnlijk jaren geleden die ik onder de bijrijdersstoel vond. Wat veel erger was, en waar ik opeens mee gekonfronteerd werd toen ik aangebeld had, was dat ik niet mentaal voorbereid was op de date. Want dat komt geleidelijk terwijl ik mijn voorbereiding doe.
Schoonmaak-zondares is niet dezelfde vrouw als hoeren-zondares. Ik ben geen sensueel poesje met trillende seksuele antennes die elk vaagste signaal van de klant oppikken, terwijl ik mijn plinten los aan het breken ben. Ik moet mijn lichaam en geest langzaam opwarmen voor elke klant. Ik weet dat niet elke hoer zo werkt, maar ik doe mijn werk met mijn seksualiteit, en die moet opgang komen.
Maar als ik zo aan het haasten en redderen ben, dan kom ik er niet toe om mezelf op te warmen. En het lastige was ooknog dat ik het nieteens meer bewust doe, maar dat het al jaren vanzelf komt tijdens het voorbereiden. Dus ik had me ook helemaal niet gerealiseerd dat dat óóknog moest. Ik stond dus netaan netjes opgetut voor die deur, maar ik was een huiswijf met schoonmaakwoede die opgetut was als hoer. Andersom is véél beter.
Toen de klant opendeed was ik dus heel hard aan het proberen mezelf in de goede bui te krijgen. Ik probeerde het ene moment mijn hoerenmentaliteit op te roepen, het volgende moment te faken dat ik alles in orde had, en het moment erna probeerde ik juist om spontaan te doen wat in me opkwam, en direkt daarna probeerde ik om zijn bui te spiegelen en zo zijn geilheid over te nemen. En er werkte niets van, ik werd alleenmaar gestresst.
Het ergste was nog dat ik die schoonmaak niet uit mijn hoofd kon zetten! Ik bleef maar telkens teruggaan in mijn geest naar hoe ik een compositie voor mijn muurschildering kon maken die goed werkte met het licht van het raam. Ik bleef maar de verkeerde kant op denken, en me voorbereiden op dat de date zometeen voorbij zou zijn, en ik weer aan de schoonmaak kon gaan.
Dat is hélemaal verkeerd. Je moet nooit voorbij de date denken, zelfs niet als je moe bent en het zat bent. Je wereld is alleenmaar de date, de rest van je leven moet even in de kast, en jij bent eventjes, voor die uurtjes die de klant heeft geboekt, alleenmaar hoer. Je bent alleenmaar bezig met de beste boeking maken die er maar gemaakt kan worden, en je wil zoveel mogelijk prestatie in die uurtjes proppen. En dat gáát alleenmaar als je je concentreert.
Je bui goedhouden is al lastig genoeg. Jij probeert te spatten, een geilgodin te zijn, een geweldige krachttoer neer te zetten, en de meeste klanten zijn daar een beetje een zwakke tegenspeler voor. Als je je toestaat om te kijken of die klant dat seksueel voor jou wel waard is, dan valt het een beetje tegen. Hij gaat je niet in de goede mentaliteit houden, dat moet je ècht zelf doen. Dat is zelfmotivatie en zelfdiscipline. En dat is trots in je werk.
Ik was aan het kloten met die klant. Ik probeerde te praten zoals ik gewoon praat, ik probeerde zo natuurlijk en spontaan lichaamstaal te gebruiken als ik altijd doe, maar het was een slap aftreksel van wat ik normaal doe. Het was natuurlijk ooknog met precies de verkeerde soort klant, niet met een nieuwe klant die ik aan het verprutsen was maar waar ik ook niets in geïnvesteerd had, ook niet met een vaste klant die me een slechte date wel vergeeft, maar met een klant die ik net aan het kultiveren was.
Het hele begin van de date was ik aan het struikelen over mezelf. Ik had geen idee waar ik mee bezig was, en ik was ooknog totaal hoteldebotel over dat ik geen idee had waar ik mee bezig was. Ik doe dit nu al zoveel jaar, en dan sta ik opeens met mijn mond vol tanden en met twee linkerhanden alleen omdat ik mijn timing verkeerd had? Ik liet mezelf echt kennen, en ik had dat helemaal niet aan zien komen.
Maar netzoals de lente op een bepaalde manier het probleem had veroorzaakt, loste de lente het ook weer op. Want toen de klant eindelijk zijn broek uit liet doen, en zijn lul tevoorschijn floepte, werd alles anders. Zo snel als ik die pik zag, nam mijn kut het over. Die weet wat ze wil in de lente, en die liet me even voelen dat ik al in een week geen pik meer had gehad. En dat het lente is. En in de lente lust ze er wel pap van.
Dat was nèt even genoeg. Terwijl ik bezig was het condoom op hem te zetten met mijn mond voelde ik al dat het goed ging komen. Tijdens het pijpen viel het even allemaal van me af, en zodra hij stijf genoeg was om andere dingen te gaan doen was ik alweer behoorlijk in de goede mentaliteit. Helemaal zo soepel en gesmeerd als het anders gaat was het nog niet, maar het ging gewoon goed, en de klant was tevreden.
Ja, hij had in het begin wel gemerkt dat het niet helemaal honderd procent ging. Maar dat besprak ik ook gewoon eerlijk met hem, en ik gaf hem flirterig een leuke korting op zijn volgende boeking. Daar was hij wel mee in zijn nopjes, dus die komt volgende keer wel terug, en dan laat ik hem zien dat ik het ook beter kan. Het was gered, het ging gewoon goed, en toen ik naar huis reed was ik net zo aan het spinnen als de motor van mijn autootje.
En als heupwiegende sekspoes kwam ik thuis in een huis dat nogsteeds halverwege een lenteschoonmaak lag. Het was een geweldige bende, en ik was helemaal niet in de bui om door te gaan met opruimen. Ik schopte de dingen een beetje bijelkaar, en ik vond het wel even goed zo. En zo merkte ik alwéér niet dat het zachtjes begon te regenen, en mijn matrassen nogsteeds op het balkon stonden.
Dus mijn huis was nog een bende, en ik had nog heel veel te doen, maar de lente is begonnen, dus al die chaos beviel me toen even wel. "Ik ruim het wel op als het overgaat" dacht ik. Helaas bleek mijn lentegevoel niet lang genoeg te duren om me weer die drive te geven om plezier te hebben in het huis weer aan kant krijgen, en heb ik er best een zware week mee gehad. Maar ik denk dat ik het nogwel dunnetjes over kan doen als het ècht doorzet met lente worden.
maandag 27 maart 2023
maandag 20 maart 2023
Lente
Het wordt eindelijk een beetje lente. De winter was zacht, maar de lente is tot nu toe telkens valse starts geweest. Elke keer als het een beetje lekker kan gaan worden, komt er weer een regenbui die de boel wegspoelt. En nu is het nog steeds niet een echte lentedag geweest, maar ik heb beslist dat het nu maar lente is voor mij. Ik heb het lente-gevoel, ik heb het op mijn heupen. De ramen moeten open, de stofzuiger moet door het huis, en ik heb de neiging om àlles in huis aan de straat te zetten.
Mijn huisgenootje was de deur uit van het weekend, naar haar ouders, dus ik had éven weer het huis voor mezelf. Ik was eerst van plan heel wat werk te gaan doen aan een stuk dat ik voor mijn studie moet schrijven, maar mijn handen jeukten zo hard om lenteschoonmaak te houden dat ik mijn aandacht er niet bij kon houden. Het begon met even mijn handdoeken in de was doen, en voor ik het wist was ik de boeken uit de boekenkasten aan het halen om eens goed uit te kunnen stoffen.
Dus zaterdagavond zat ik in een stil huis, en dat is raar want anders staat Netflix àltijd aan in de woonkamer, waar alles uit de kasten was gehaald, waar alle meubels van de muur waren getrokken, waar ik zelfs de randen van de vloerbedekking had opgetrokken om die smerige naden te kunnen stofzuigen, en ik had het koud en ik was happy. Ookal waren mijn matrassen zeiknat geworden omdat ze op mijn balkonnetje hadden staan luchten terwijl het zonderdat ik het merkte zachtjes was gaan regenen.
Ik sliep die nacht op een stapeltje vloerkleden en badmatten, en ookal was het een beetje een kampeergevoel, ik sliep toch erg lekker. De volgende dag ging ik door met opruimen en schoonmaken, en werden mijn plannen steeds groter. De kasten die ik net had uitgesopt wou ik eigenlijk tochmaar bij het grofvuil zetten, en dan had ik mooi een muur voor een muurschildering. Maar dan moest ik wel even mijn hele huis opnieuw behangen en verven.
Dus ik zat tussen het soppen en sjouwen door op mijn stapeltje badmatten, in mijn joggingpak dat als een worstenvel om me heen zit omdat ik er te gezellig voor ben, op blote smerige voeten, met een sjaal om mijn haar heen als een soort tulp, en met al mijn nagels rafelig en kapot. In mijn ene hand een kop koffie, en in mijn andere hand mijn telefoon, te kijken naar welke kwaliteit behang ik ga kopen.
En dan gaat er een wekker af op mijn telefoon, want ik moet zo vertrekken want ik had een klant, weet ik nog?
Die wekkers zet ik niet als ik moet beginnen met optutten en voorbereiden. Die zijn om te zorgen dat ik niet te làng tut. Ik ben soms heel vlot en efficiënt met mijn voorbereiding op een date, maar soms kan ik eindeloos mijn make-up en mijn haar blijven bijwerken omdat ik het gewoon nog niet goed genoeg vind. En ookal heb ik geen kookwekkers nodig omdat mijn hoerenklokje in mijn hoofd zo goed is, tijdens de make-up werkt het gewoon niet altijd.
Ik zit als een stinkerig smerig tulpworstje in een vuilnishoop, en mijn telefoon vertelt me dat ik over vijf minuten de deur uitmoet. Dat was even schrikken hoor! Klanten denken altijd dat we ons hele leven doorbrengen terwijl we gekapt en geschminkt zijn voor een date, dat we alleen even onze schoenen aan hoeven te doen en in de auto te springen, maar voorbereiden voor een date kost vaak netzoveel tijd als de date zelf.
Om heel eerlijk te zijn heb ik even het plannetje gehad om de klant te vertellen dat ik ziek was en niet kon. Maar dat is kinderachtig en onvolwassen, en dat soort dingen wil ik niet in mijn journaal terug hoeven lezen. Ik ben dus maar héél snel gaan voorbereiden. Natuurlijk kan ik geen optutsessie van anderhalf uur in vijf minuten proppen, maar achteraf ben ik wel verbaasd over hoeveel er nog wèl lukte.
Koud douchen is lekker snel, afdrogen deed ik maar half, mijn make-up heb ik in minder dan de helft van de gewone stappen gedaan, ik heb het eerste setje uit mijn la meteen gepakt, en zonder kousen onder mijn rokje in het eerste paar schoenen gestapt die ik als paartje kon vinden, mijn haar gevlecht inplaatsvan het helemaal mooi te maken, en ik ben de deur uitgerend naar de auto.
Pas op de snelweg zag ik wat al die schoonmaak met mijn nagels had gedaan. En dat ik mijn tanden niet had gepoetst, ondanks al dat werken en al die koffie. Toen ik aankwam en even in mijn spiegel keek hoe mijn gezicht zat, zag ik pas dat ik de onderwimpers bij één ookg wèl, en één oog níét gemascara'd had. En dat ik op de ene wang de blusher hoger had zitten dan op de andere. Het was echt beschamend.
Maar dat is allemaal met een veeg van mijn handen, met een doekje, met een nagelvijl uit mijn escorttas of met de ouwe L'Oreal mascara van waarschijnlijk jaren geleden die ik onder de bijrijdersstoel vond. Wat veel erger was, en waar ik opeens mee gekonfronteerd werd toen ik aangebeld had, was dat ik niet mentaal voorbereid was op de date. Want dat komt geleidelijk terwijl ik mijn voorbereiding doe.
Schoonmaak-zondares is niet dezelfde vrouw als hoeren-zondares. Ik ben geen sensueel poesje met trillende seksuele antennes die elk vaagste signaal van de klant oppikken, terwijl ik mijn plinten los aan het breken ben. Ik moet mijn lichaam en geest langzaam opwarmen voor elke klant. Ik weet dat niet elke hoer zo werkt, maar ik doe mijn werk met mijn seksualiteit, en die moet opgang komen.
Maar als ik zo aan het haasten en redderen ben, dan kom ik er niet toe om mezelf op te warmen. En het lastige was ooknog dat ik het nieteens meer bewust doe, maar dat het al jaren vanzelf komt tijdens het voorbereiden. Dus ik had me ook helemaal niet gerealiseerd dat dat óóknog moest. Ik stond dus netaan netjes opgetut voor die deur, maar ik was een huiswijf met schoonmaakwoede die opgetut was als hoer. Andersom is véél beter.
Toen de klant opendeed was ik dus heel hard aan het proberen mezelf in de goede bui te krijgen. Ik probeerde het ene moment mijn hoerenmentaliteit op te roepen, het volgende moment te faken dat ik alles in orde had, en het moment erna probeerde ik juist om spontaan te doen wat in me opkwam, en direkt daarna probeerde ik om zijn bui te spiegelen en zo zijn geilheid over te nemen. En er werkte niets van, ik werd alleenmaar gestresst.
Het ergste was nog dat ik die schoonmaak niet uit mijn hoofd kon zetten! Ik bleef maar telkens teruggaan in mijn geest naar hoe ik een compositie voor mijn muurschildering kon maken die goed werkte met het licht van het raam. Ik bleef maar de verkeerde kant op denken, en me voorbereiden op dat de date zometeen voorbij zou zijn, en ik weer aan de schoonmaak kon gaan.
Dat is hélemaal verkeerd. Je moet nooit voorbij de date denken, zelfs niet als je moe bent en het zat bent. Je wereld is alleenmaar de date, de rest van je leven moet even in de kast, en jij bent eventjes, voor die uurtjes die de klant heeft geboekt, alleenmaar hoer. Je bent alleenmaar bezig met de beste boeking maken die er maar gemaakt kan worden, en je wil zoveel mogelijk prestatie in die uurtjes proppen. En dat gáát alleenmaar als je je concentreert.
Je bui goedhouden is al lastig genoeg. Jij probeert te spatten, een geilgodin te zijn, een geweldige krachttoer neer te zetten, en de meeste klanten zijn daar een beetje een zwakke tegenspeler voor. Als je je toestaat om te kijken of die klant dat seksueel voor jou wel waard is, dan valt het een beetje tegen. Hij gaat je niet in de goede mentaliteit houden, dat moet je ècht zelf doen. Dat is zelfmotivatie en zelfdiscipline. En dat is trots in je werk.
Ik was aan het kloten met die klant. Ik probeerde te praten zoals ik gewoon praat, ik probeerde zo natuurlijk en spontaan lichaamstaal te gebruiken als ik altijd doe, maar het was een slap aftreksel van wat ik normaal doe. Het was natuurlijk ooknog met precies de verkeerde soort klant, niet met een nieuwe klant die ik aan het verprutsen was maar waar ik ook niets in geïnvesteerd had, ook niet met een vaste klant die me een slechte date wel vergeeft, maar met een klant die ik net aan het kultiveren was.
Het hele begin van de date was ik aan het struikelen over mezelf. Ik had geen idee waar ik mee bezig was, en ik was ooknog totaal hoteldebotel over dat ik geen idee had waar ik mee bezig was. Ik doe dit nu al zoveel jaar, en dan sta ik opeens met mijn mond vol tanden en met twee linkerhanden alleen omdat ik mijn timing verkeerd had? Ik liet mezelf echt kennen, en ik had dat helemaal niet aan zien komen.
Maar netzoals de lente op een bepaalde manier het probleem had veroorzaakt, loste de lente het ook weer op. Want toen de klant eindelijk zijn broek uit liet doen, en zijn lul tevoorschijn floepte, werd alles anders. Zo snel als ik die pik zag, nam mijn kut het over. Die weet wat ze wil in de lente, en die liet me even voelen dat ik al in een week geen pik meer had gehad. En dat het lente is. En in de lente lust ze er wel pap van.
Dat was nèt even genoeg. Terwijl ik bezig was het condoom op hem te zetten met mijn mond voelde ik al dat het goed ging komen. Tijdens het pijpen viel het even allemaal van me af, en zodra hij stijf genoeg was om andere dingen te gaan doen was ik alweer behoorlijk in de goede mentaliteit. Helemaal zo soepel en gesmeerd als het anders gaat was het nog niet, maar het ging gewoon goed, en de klant was tevreden.
Ja, hij had in het begin wel gemerkt dat het niet helemaal honderd procent ging. Maar dat besprak ik ook gewoon eerlijk met hem, en ik gaf hem flirterig een leuke korting op zijn volgende boeking. Daar was hij wel mee in zijn nopjes, dus die komt volgende keer wel terug, en dan laat ik hem zien dat ik het ook beter kan. Het was gered, het ging gewoon goed, en toen ik naar huis reed was ik net zo aan het spinnen als de motor van mijn autootje.
En als heupwiegende sekspoes kwam ik thuis in een huis dat nogsteeds halverwege een lenteschoonmaak lag. Het was een geweldige bende, en ik was helemaal niet in de bui om door te gaan met opruimen. Ik schopte de dingen een beetje bijelkaar, en ik vond het wel even goed zo. En zo merkte ik alwéér niet dat het zachtjes begon te regenen, en mijn matrassen nogsteeds op het balkon stonden.
Dus mijn huis is nog een bende, en ik heb nog heel veel te doen, maar de lente is begonnen, dus al die chaos bevalt me nu even wel. Ik ruim het wel op als het overgaat.
Mijn huisgenootje was de deur uit van het weekend, naar haar ouders, dus ik had éven weer het huis voor mezelf. Ik was eerst van plan heel wat werk te gaan doen aan een stuk dat ik voor mijn studie moet schrijven, maar mijn handen jeukten zo hard om lenteschoonmaak te houden dat ik mijn aandacht er niet bij kon houden. Het begon met even mijn handdoeken in de was doen, en voor ik het wist was ik de boeken uit de boekenkasten aan het halen om eens goed uit te kunnen stoffen.
Dus zaterdagavond zat ik in een stil huis, en dat is raar want anders staat Netflix àltijd aan in de woonkamer, waar alles uit de kasten was gehaald, waar alle meubels van de muur waren getrokken, waar ik zelfs de randen van de vloerbedekking had opgetrokken om die smerige naden te kunnen stofzuigen, en ik had het koud en ik was happy. Ookal waren mijn matrassen zeiknat geworden omdat ze op mijn balkonnetje hadden staan luchten terwijl het zonderdat ik het merkte zachtjes was gaan regenen.
Ik sliep die nacht op een stapeltje vloerkleden en badmatten, en ookal was het een beetje een kampeergevoel, ik sliep toch erg lekker. De volgende dag ging ik door met opruimen en schoonmaken, en werden mijn plannen steeds groter. De kasten die ik net had uitgesopt wou ik eigenlijk tochmaar bij het grofvuil zetten, en dan had ik mooi een muur voor een muurschildering. Maar dan moest ik wel even mijn hele huis opnieuw behangen en verven.
Dus ik zat tussen het soppen en sjouwen door op mijn stapeltje badmatten, in mijn joggingpak dat als een worstenvel om me heen zit omdat ik er te gezellig voor ben, op blote smerige voeten, met een sjaal om mijn haar heen als een soort tulp, en met al mijn nagels rafelig en kapot. In mijn ene hand een kop koffie, en in mijn andere hand mijn telefoon, te kijken naar welke kwaliteit behang ik ga kopen.
En dan gaat er een wekker af op mijn telefoon, want ik moet zo vertrekken want ik had een klant, weet ik nog?
Die wekkers zet ik niet als ik moet beginnen met optutten en voorbereiden. Die zijn om te zorgen dat ik niet te làng tut. Ik ben soms heel vlot en efficiënt met mijn voorbereiding op een date, maar soms kan ik eindeloos mijn make-up en mijn haar blijven bijwerken omdat ik het gewoon nog niet goed genoeg vind. En ookal heb ik geen kookwekkers nodig omdat mijn hoerenklokje in mijn hoofd zo goed is, tijdens de make-up werkt het gewoon niet altijd.
Ik zit als een stinkerig smerig tulpworstje in een vuilnishoop, en mijn telefoon vertelt me dat ik over vijf minuten de deur uitmoet. Dat was even schrikken hoor! Klanten denken altijd dat we ons hele leven doorbrengen terwijl we gekapt en geschminkt zijn voor een date, dat we alleen even onze schoenen aan hoeven te doen en in de auto te springen, maar voorbereiden voor een date kost vaak netzoveel tijd als de date zelf.
Om heel eerlijk te zijn heb ik even het plannetje gehad om de klant te vertellen dat ik ziek was en niet kon. Maar dat is kinderachtig en onvolwassen, en dat soort dingen wil ik niet in mijn journaal terug hoeven lezen. Ik ben dus maar héél snel gaan voorbereiden. Natuurlijk kan ik geen optutsessie van anderhalf uur in vijf minuten proppen, maar achteraf ben ik wel verbaasd over hoeveel er nog wèl lukte.
Koud douchen is lekker snel, afdrogen deed ik maar half, mijn make-up heb ik in minder dan de helft van de gewone stappen gedaan, ik heb het eerste setje uit mijn la meteen gepakt, en zonder kousen onder mijn rokje in het eerste paar schoenen gestapt die ik als paartje kon vinden, mijn haar gevlecht inplaatsvan het helemaal mooi te maken, en ik ben de deur uitgerend naar de auto.
Pas op de snelweg zag ik wat al die schoonmaak met mijn nagels had gedaan. En dat ik mijn tanden niet had gepoetst, ondanks al dat werken en al die koffie. Toen ik aankwam en even in mijn spiegel keek hoe mijn gezicht zat, zag ik pas dat ik de onderwimpers bij één ookg wèl, en één oog níét gemascara'd had. En dat ik op de ene wang de blusher hoger had zitten dan op de andere. Het was echt beschamend.
Maar dat is allemaal met een veeg van mijn handen, met een doekje, met een nagelvijl uit mijn escorttas of met de ouwe L'Oreal mascara van waarschijnlijk jaren geleden die ik onder de bijrijdersstoel vond. Wat veel erger was, en waar ik opeens mee gekonfronteerd werd toen ik aangebeld had, was dat ik niet mentaal voorbereid was op de date. Want dat komt geleidelijk terwijl ik mijn voorbereiding doe.
Schoonmaak-zondares is niet dezelfde vrouw als hoeren-zondares. Ik ben geen sensueel poesje met trillende seksuele antennes die elk vaagste signaal van de klant oppikken, terwijl ik mijn plinten los aan het breken ben. Ik moet mijn lichaam en geest langzaam opwarmen voor elke klant. Ik weet dat niet elke hoer zo werkt, maar ik doe mijn werk met mijn seksualiteit, en die moet opgang komen.
Maar als ik zo aan het haasten en redderen ben, dan kom ik er niet toe om mezelf op te warmen. En het lastige was ooknog dat ik het nieteens meer bewust doe, maar dat het al jaren vanzelf komt tijdens het voorbereiden. Dus ik had me ook helemaal niet gerealiseerd dat dat óóknog moest. Ik stond dus netaan netjes opgetut voor die deur, maar ik was een huiswijf met schoonmaakwoede die opgetut was als hoer. Andersom is véél beter.
Toen de klant opendeed was ik dus heel hard aan het proberen mezelf in de goede bui te krijgen. Ik probeerde het ene moment mijn hoerenmentaliteit op te roepen, het volgende moment te faken dat ik alles in orde had, en het moment erna probeerde ik juist om spontaan te doen wat in me opkwam, en direkt daarna probeerde ik om zijn bui te spiegelen en zo zijn geilheid over te nemen. En er werkte niets van, ik werd alleenmaar gestresst.
Het ergste was nog dat ik die schoonmaak niet uit mijn hoofd kon zetten! Ik bleef maar telkens teruggaan in mijn geest naar hoe ik een compositie voor mijn muurschildering kon maken die goed werkte met het licht van het raam. Ik bleef maar de verkeerde kant op denken, en me voorbereiden op dat de date zometeen voorbij zou zijn, en ik weer aan de schoonmaak kon gaan.
Dat is hélemaal verkeerd. Je moet nooit voorbij de date denken, zelfs niet als je moe bent en het zat bent. Je wereld is alleenmaar de date, de rest van je leven moet even in de kast, en jij bent eventjes, voor die uurtjes die de klant heeft geboekt, alleenmaar hoer. Je bent alleenmaar bezig met de beste boeking maken die er maar gemaakt kan worden, en je wil zoveel mogelijk prestatie in die uurtjes proppen. En dat gáát alleenmaar als je je concentreert.
Je bui goedhouden is al lastig genoeg. Jij probeert te spatten, een geilgodin te zijn, een geweldige krachttoer neer te zetten, en de meeste klanten zijn daar een beetje een zwakke tegenspeler voor. Als je je toestaat om te kijken of die klant dat seksueel voor jou wel waard is, dan valt het een beetje tegen. Hij gaat je niet in de goede mentaliteit houden, dat moet je ècht zelf doen. Dat is zelfmotivatie en zelfdiscipline. En dat is trots in je werk.
Ik was aan het kloten met die klant. Ik probeerde te praten zoals ik gewoon praat, ik probeerde zo natuurlijk en spontaan lichaamstaal te gebruiken als ik altijd doe, maar het was een slap aftreksel van wat ik normaal doe. Het was natuurlijk ooknog met precies de verkeerde soort klant, niet met een nieuwe klant die ik aan het verprutsen was maar waar ik ook niets in geïnvesteerd had, ook niet met een vaste klant die me een slechte date wel vergeeft, maar met een klant die ik net aan het kultiveren was.
Het hele begin van de date was ik aan het struikelen over mezelf. Ik had geen idee waar ik mee bezig was, en ik was ooknog totaal hoteldebotel over dat ik geen idee had waar ik mee bezig was. Ik doe dit nu al zoveel jaar, en dan sta ik opeens met mijn mond vol tanden en met twee linkerhanden alleen omdat ik mijn timing verkeerd had? Ik liet mezelf echt kennen, en ik had dat helemaal niet aan zien komen.
Maar netzoals de lente op een bepaalde manier het probleem had veroorzaakt, loste de lente het ook weer op. Want toen de klant eindelijk zijn broek uit liet doen, en zijn lul tevoorschijn floepte, werd alles anders. Zo snel als ik die pik zag, nam mijn kut het over. Die weet wat ze wil in de lente, en die liet me even voelen dat ik al in een week geen pik meer had gehad. En dat het lente is. En in de lente lust ze er wel pap van.
Dat was nèt even genoeg. Terwijl ik bezig was het condoom op hem te zetten met mijn mond voelde ik al dat het goed ging komen. Tijdens het pijpen viel het even allemaal van me af, en zodra hij stijf genoeg was om andere dingen te gaan doen was ik alweer behoorlijk in de goede mentaliteit. Helemaal zo soepel en gesmeerd als het anders gaat was het nog niet, maar het ging gewoon goed, en de klant was tevreden.
Ja, hij had in het begin wel gemerkt dat het niet helemaal honderd procent ging. Maar dat besprak ik ook gewoon eerlijk met hem, en ik gaf hem flirterig een leuke korting op zijn volgende boeking. Daar was hij wel mee in zijn nopjes, dus die komt volgende keer wel terug, en dan laat ik hem zien dat ik het ook beter kan. Het was gered, het ging gewoon goed, en toen ik naar huis reed was ik net zo aan het spinnen als de motor van mijn autootje.
En als heupwiegende sekspoes kwam ik thuis in een huis dat nogsteeds halverwege een lenteschoonmaak lag. Het was een geweldige bende, en ik was helemaal niet in de bui om door te gaan met opruimen. Ik schopte de dingen een beetje bijelkaar, en ik vond het wel even goed zo. En zo merkte ik alwéér niet dat het zachtjes begon te regenen, en mijn matrassen nogsteeds op het balkon stonden.
Dus mijn huis is nog een bende, en ik heb nog heel veel te doen, maar de lente is begonnen, dus al die chaos bevalt me nu even wel. Ik ruim het wel op als het overgaat.
maandag 13 maart 2023
BBS
Toen ik begon met hoeren, begon ik met cardates. Dat was lang geleden. Zo lang geleden, dat je nog adverteerde in de papieren krant. Meestal in de Telegraaf. Ja, zo oud ben ik dus, en zo lang werk ik dus al. Nou heb ik niet de hele tussentijd gewerkt, en nou heb ik dat cardaten zelf ook maar kort gedaan, maar ik zit al even in het vak. En ik heb best veel gezien in die tijd. En natuurlijk zie je dan ook wat er verandert.
Daar gaat best veel van mijn blog over. Ja, er is ook veel over wat er nooit verandert, en er is veel over wat gewoon superdiep in mensen zit zodat het eigenlijk nooit kàn veranderen, maar er verandert bestwel wat. Soms verandert het zo veel en zo snel dat ik het nieteens op tijd doorheb om geen foute dingen in mijn blog te zetten. Mijn "kies je eigen avontuur" bijvoorbeeld liep járen achter bij de feiten.
Maarja, dat hoort erbij vind ik. Ik schrijf dit blog nu ook al veertien en een half jaar, dus dat kan je er ook wel aan afzien. Bovendien vind ik het ookwel interessant om te zien wat er verandert in het werk. En in mijn eigen werk. Veranderingen gaan immers vaak zo sluipend dat ze je pas achteraf opvallen. En dan kan je er nieteens meteen je vinger op leggen wanneer het nou veranderd is.
Ik was in mijn oude spullen aan het rommelen, op zoek naar wat gereedschap voor een kunstprojektje waar ik mee aan het spelen ben, en ik vond daar een fotolijstje van heel lang geleden. Het is zo'n half plastic, half metalen dingetje met van die plastic nepedelstenen erin, wat we toen ik een tiener was geweldig vonden. Ik had er een foto in van een jeugdvriendin die me dat ding gegeven had, nadat ik haar precies dezelfde had gegeven met mijn eigen foto erin. Achteraf vraag ik me af of het niet gewoon hetzelfde lijstje is.
Die foto zit er niet meer in. Wanneer ik die eruit heb gehaald weet ik niet, ik denk nadat hij nat was geworden. Ik woonde in de kraak, daar staat onderhoud aan de gekraakte woningen niet voorop, en een paar dozen met mijn spullen zijn tijdens een regenachtige week zeiknat geworden. Het water droop langs de muren, mijn dozen stonden tegen de muur geleund, en opeens kan je je hele hebben en houwen wegpleuren.
Dit lijstje zal dat overleefd hebben omdat ik er èrgens nog wel gevoel bij had. Maar de foto heeft het niet overleefd, denk ik. Plastic en metaal nog wel. Dus toen ik ooit iets nodighad om mijn allereerste hoerenadvertentie in de krant eeuwig te maken, heb ik het in dit lijstje gezet. Met een enorme passepartout, want de hele advertentie past achter het puntje van mijn pink.
Meer dan twintig jaar oud krantenpapier bewaart best slecht. Ik heb krantenknipsels uit de jaren dertig, van de geboorteadvertentie van mijn oma, die in betere staat zijn. Bij mijn eerste advertentie kan je zien dat het verkruimelt, en dat de inkt niet meer scherp aftekent, maar een beetje aan het uitlopen is geweest. Misschien ligt dat aan het karton van de rug, misschien aan de zolders en bergingen waar het intussen gelegen heeft, maar het is slecht bewaard gebleven.
Toen ik het weer las, was dat met een lach. Ik zou het tegenwoordig zó anders hebben gedaan. En ik ben gewoon zó anders geworden na al die jaren. Dat lag voor de hand natuurlijk, en als je me had gevraagd wat ik in die superkorte advertentie had staan, had ik je het meeste lachend kunnen vertellen. En uitleggen. En uitleggen waarom dat toen wèl, en nu níét meer belangrijk voor me was.
Maar ik kwam iets tegen wat ik eigenlijk vergeten was. De advertentie sloot af met "geen BBS." Als je me had gevraagd of ik dat erbijschreef, had ik waarschijnlijk nee gezegd. Ik wist het echt niet meer. Zowel niet dat ik BBS uitsloot, als dat ik er dure advertentieletters aan besteedde. En toen ik het las, was het voor mij een heel duidelijke datering van mijn werk, want tegenwoordig zou ik het niet meer in mijn hoofd halen.
"Geen BBS" betekent "Geen bril, baard of snor." Het was in die tijd heel gewoon om dat te weigeren. Als het niet overal in advertenties stond had ik het ook niet overgenomen, en zou zo'n afkorting ook nergens goed voor zijn geweest. Tegenwoordig laten heel veel mannen hun baard staan, maar toen ik begon in de jaren negentig was het nog echt een uitzondering. Als je een baard zag, had je een biker te pakken, een hoogleraar, iemand die in de jaren zeventig was blijven hangen, of een zwerver.
Brillen waren toen populairder dan nu. Lenzen waren nog niet zo goed, en veel mensen hadden een bril. Dat lijkt dus heel veel klanten uit te sluiten, maar als je ging kijken bleek dat wel mee te vallen. Dat verbod op een bril ging er niet om dat iemand slechte ogen had, maar meer dat je niet wou dat ze in bed een bril droegen. Brillen in bed zijn vervelend, omdat die vaak scherpe harde hoekjes en randjes hebben, waarmee ze je irriteren of schrammen.
Er zat ookwel een esthetisch ding aan. Niet dat het echt lelijk is, maar je kan in zoveel films over lelijke eendjes zien, dat de hoofdpersoon een lekkere spetter is met een bril op, en zolang ze die bril draagt wordt behandeld als oud vuil. Als het grote bal komt waarop ze opeens ontloken is als sexy schoonheid, heeft ze die bril niet meer op. Ze krijgt geen modieuzere bril, nee. Die bril moet weg. Want die is symbool voor lelijkheid. Al is dat onzin.
De reden dat baarden niet populair waren, was natuurlijk ookwel dat een baard makkelijk vuil vasthoudt, ookwel dat hij kriebelt, krast en schuurt, maar vooral omdat de associatie niet leuk was. Je had met een baard of snor eigenlijk altijd iemand tepakken die op de één of andere manier niet seksueel gewoon meedraaide. Het waren doorgaans de mensen die seksueel moeilijk waren, en die wil je als je gewoon omzet wil draaien eigenlijk niet hebben.
Maar het was ook gewoon dat de mode anders was. Je was totaal uit de mode met gezichtshaar. Dus we vonden het gewoon lelijk en onverzorgd, en het oog wil ook wat. Uiteindelijk is het lekkerder werken met mannen die je aantrekkelijker vindt, en in die tijd hadden we nog wat te kiezen. Tegenwoordig accepteer je alles wat er langskomt, hoe onaantrekkelijk en vervelend ze ook zijn. De markt is verpest.
Ik ben anders over brillen en baarden gaan denken. Brillen in bed zijn nog steeds niet welkom, maar ik vind ze wel gedistingeerd staan tegenwoordig. Dat hele idee dat iemand wat "achter" is als hij een bril opheeft is verdwenen. In mijn werkflatje had ik zelfs een laatje met een soort hangmatje van pluisvrije stof om de bril van de klant weg te kunnen leggen zonder op te hoeven letten dat hij niet vies of gekrast werd.
En baarden, ach. Er zijn bestwel wat mannen die er beter uitzien met een baard dan zonder. Er zijn namelijk gewoon mannen die zo'n baard goed kunnen gebruiken om hun gezicht een vorm te geven die beter is dan wat ze zouden hebben met een blotebillengezicht. Ik ben gewend aan de esthetiek, en dan ontdek je eigenlijk dat die esthetiek je grootste probleem was. Laat de baarden maar staan, zolang de mannen hem maar schoonhouden.
Snorren vind ik nogsteeds een beetje raar, en nogal onaantrekkelijk. Ja goed, niet zo erg als een baard zonder snor, wat er nòg raarder en onaantrekkelijker uitziet. Snorren beschrijf je vooral met welke historische beul hem gedragen heeft, van de Hitler tot de Stalin en de Saddam. Ik snap ook niet dat je wel de rest van je gezicht scheert, maar den net niet die ene lip. Nouja, ik zal een klant er niet meer om weigeren. Daar ben ik wel overheen gegroeid.
En ookal is baardhaar kriebelig en kan het vuil zijn, zolang ik nog mannen met schaamhaar tegenkom is het echt in vergelijking geen probleem. Ik ga me nogweleens zorgen maken over de nadelen van baardhaar als ik geen schaamhaar meer tegen mijn kut gewreven krijg. Alles wat je tegen baarden kan hebben, geldt namelijk voor schaamhaar veel meer. Grof, schurend, vuil, muf, en schaamhaar ziet er meer als overwoekering uit dan de ergste baard.
Vergeet overmorgen niet te gaan stemmen!
Daar gaat best veel van mijn blog over. Ja, er is ook veel over wat er nooit verandert, en er is veel over wat gewoon superdiep in mensen zit zodat het eigenlijk nooit kàn veranderen, maar er verandert bestwel wat. Soms verandert het zo veel en zo snel dat ik het nieteens op tijd doorheb om geen foute dingen in mijn blog te zetten. Mijn "kies je eigen avontuur" bijvoorbeeld liep járen achter bij de feiten.
Maarja, dat hoort erbij vind ik. Ik schrijf dit blog nu ook al veertien en een half jaar, dus dat kan je er ook wel aan afzien. Bovendien vind ik het ookwel interessant om te zien wat er verandert in het werk. En in mijn eigen werk. Veranderingen gaan immers vaak zo sluipend dat ze je pas achteraf opvallen. En dan kan je er nieteens meteen je vinger op leggen wanneer het nou veranderd is.
Ik was in mijn oude spullen aan het rommelen, op zoek naar wat gereedschap voor een kunstprojektje waar ik mee aan het spelen ben, en ik vond daar een fotolijstje van heel lang geleden. Het is zo'n half plastic, half metalen dingetje met van die plastic nepedelstenen erin, wat we toen ik een tiener was geweldig vonden. Ik had er een foto in van een jeugdvriendin die me dat ding gegeven had, nadat ik haar precies dezelfde had gegeven met mijn eigen foto erin. Achteraf vraag ik me af of het niet gewoon hetzelfde lijstje is.
Die foto zit er niet meer in. Wanneer ik die eruit heb gehaald weet ik niet, ik denk nadat hij nat was geworden. Ik woonde in de kraak, daar staat onderhoud aan de gekraakte woningen niet voorop, en een paar dozen met mijn spullen zijn tijdens een regenachtige week zeiknat geworden. Het water droop langs de muren, mijn dozen stonden tegen de muur geleund, en opeens kan je je hele hebben en houwen wegpleuren.
Dit lijstje zal dat overleefd hebben omdat ik er èrgens nog wel gevoel bij had. Maar de foto heeft het niet overleefd, denk ik. Plastic en metaal nog wel. Dus toen ik ooit iets nodighad om mijn allereerste hoerenadvertentie in de krant eeuwig te maken, heb ik het in dit lijstje gezet. Met een enorme passepartout, want de hele advertentie past achter het puntje van mijn pink.
Meer dan twintig jaar oud krantenpapier bewaart best slecht. Ik heb krantenknipsels uit de jaren dertig, van de geboorteadvertentie van mijn oma, die in betere staat zijn. Bij mijn eerste advertentie kan je zien dat het verkruimelt, en dat de inkt niet meer scherp aftekent, maar een beetje aan het uitlopen is geweest. Misschien ligt dat aan het karton van de rug, misschien aan de zolders en bergingen waar het intussen gelegen heeft, maar het is slecht bewaard gebleven.
Toen ik het weer las, was dat met een lach. Ik zou het tegenwoordig zó anders hebben gedaan. En ik ben gewoon zó anders geworden na al die jaren. Dat lag voor de hand natuurlijk, en als je me had gevraagd wat ik in die superkorte advertentie had staan, had ik je het meeste lachend kunnen vertellen. En uitleggen. En uitleggen waarom dat toen wèl, en nu níét meer belangrijk voor me was.
Maar ik kwam iets tegen wat ik eigenlijk vergeten was. De advertentie sloot af met "geen BBS." Als je me had gevraagd of ik dat erbijschreef, had ik waarschijnlijk nee gezegd. Ik wist het echt niet meer. Zowel niet dat ik BBS uitsloot, als dat ik er dure advertentieletters aan besteedde. En toen ik het las, was het voor mij een heel duidelijke datering van mijn werk, want tegenwoordig zou ik het niet meer in mijn hoofd halen.
"Geen BBS" betekent "Geen bril, baard of snor." Het was in die tijd heel gewoon om dat te weigeren. Als het niet overal in advertenties stond had ik het ook niet overgenomen, en zou zo'n afkorting ook nergens goed voor zijn geweest. Tegenwoordig laten heel veel mannen hun baard staan, maar toen ik begon in de jaren negentig was het nog echt een uitzondering. Als je een baard zag, had je een biker te pakken, een hoogleraar, iemand die in de jaren zeventig was blijven hangen, of een zwerver.
Brillen waren toen populairder dan nu. Lenzen waren nog niet zo goed, en veel mensen hadden een bril. Dat lijkt dus heel veel klanten uit te sluiten, maar als je ging kijken bleek dat wel mee te vallen. Dat verbod op een bril ging er niet om dat iemand slechte ogen had, maar meer dat je niet wou dat ze in bed een bril droegen. Brillen in bed zijn vervelend, omdat die vaak scherpe harde hoekjes en randjes hebben, waarmee ze je irriteren of schrammen.
Er zat ookwel een esthetisch ding aan. Niet dat het echt lelijk is, maar je kan in zoveel films over lelijke eendjes zien, dat de hoofdpersoon een lekkere spetter is met een bril op, en zolang ze die bril draagt wordt behandeld als oud vuil. Als het grote bal komt waarop ze opeens ontloken is als sexy schoonheid, heeft ze die bril niet meer op. Ze krijgt geen modieuzere bril, nee. Die bril moet weg. Want die is symbool voor lelijkheid. Al is dat onzin.
De reden dat baarden niet populair waren, was natuurlijk ookwel dat een baard makkelijk vuil vasthoudt, ookwel dat hij kriebelt, krast en schuurt, maar vooral omdat de associatie niet leuk was. Je had met een baard of snor eigenlijk altijd iemand tepakken die op de één of andere manier niet seksueel gewoon meedraaide. Het waren doorgaans de mensen die seksueel moeilijk waren, en die wil je als je gewoon omzet wil draaien eigenlijk niet hebben.
Maar het was ook gewoon dat de mode anders was. Je was totaal uit de mode met gezichtshaar. Dus we vonden het gewoon lelijk en onverzorgd, en het oog wil ook wat. Uiteindelijk is het lekkerder werken met mannen die je aantrekkelijker vindt, en in die tijd hadden we nog wat te kiezen. Tegenwoordig accepteer je alles wat er langskomt, hoe onaantrekkelijk en vervelend ze ook zijn. De markt is verpest.
Ik ben anders over brillen en baarden gaan denken. Brillen in bed zijn nog steeds niet welkom, maar ik vind ze wel gedistingeerd staan tegenwoordig. Dat hele idee dat iemand wat "achter" is als hij een bril opheeft is verdwenen. In mijn werkflatje had ik zelfs een laatje met een soort hangmatje van pluisvrije stof om de bril van de klant weg te kunnen leggen zonder op te hoeven letten dat hij niet vies of gekrast werd.
En baarden, ach. Er zijn bestwel wat mannen die er beter uitzien met een baard dan zonder. Er zijn namelijk gewoon mannen die zo'n baard goed kunnen gebruiken om hun gezicht een vorm te geven die beter is dan wat ze zouden hebben met een blotebillengezicht. Ik ben gewend aan de esthetiek, en dan ontdek je eigenlijk dat die esthetiek je grootste probleem was. Laat de baarden maar staan, zolang de mannen hem maar schoonhouden.
Snorren vind ik nogsteeds een beetje raar, en nogal onaantrekkelijk. Ja goed, niet zo erg als een baard zonder snor, wat er nòg raarder en onaantrekkelijker uitziet. Snorren beschrijf je vooral met welke historische beul hem gedragen heeft, van de Hitler tot de Stalin en de Saddam. Ik snap ook niet dat je wel de rest van je gezicht scheert, maar den net niet die ene lip. Nouja, ik zal een klant er niet meer om weigeren. Daar ben ik wel overheen gegroeid.
En ookal is baardhaar kriebelig en kan het vuil zijn, zolang ik nog mannen met schaamhaar tegenkom is het echt in vergelijking geen probleem. Ik ga me nogweleens zorgen maken over de nadelen van baardhaar als ik geen schaamhaar meer tegen mijn kut gewreven krijg. Alles wat je tegen baarden kan hebben, geldt namelijk voor schaamhaar veel meer. Grof, schurend, vuil, muf, en schaamhaar ziet er meer als overwoekering uit dan de ergste baard.
Vergeet overmorgen niet te gaan stemmen!
maandag 6 maart 2023
Provinciale statenverkiezing
Op de vijftiende zijn de verkiezingen voor de Provinciale Staten. Dat is de minst aansprekende verkiezing die we hebben. Gemeenteverkiezingen zijn lekker lokaal en gaan over wat er met je dorpsplein gebeurt en of de nieuwe straat er wel of niet mag komen, wat de regels worden over winkelsluiting en hoe duur je OZB wordt. De Tweede Kamer is waar al het landelijke vuurwerk gebeurt, waar de wetten worden gemaakt en waar het kabinet uit wordt gevormd. Maar de provincies?
De provincies hebben een eigen bestuur, maar dat hangt een beetje in tussen wat het Rijk en de gemeentes overlaten. En dat is niet veel, en wordt steeds minder. En wat ze nog officiëel te beslissen hebben, zit zo dichtgetimmerd met Rijksregeltjes en inmenging vanuit de landelijke politiek, dat het weinig meer voorstelt. Het is een beetje invulling geven aan wat al besloten is door een andere overheidslaag.
Ze praten er wel over dat ze beslissingen nemen in de stikstofcrisis, maar ze beslissen alleen wie er als eerste kapot moet. Dàt er boeren in die provincie kapot moeten, is al in het Rijk besloten, en die hebben de verantwoordelijkheid voor het vieze werkje van het echte kapotmaken uitbesteed aan de provinciebesturen. Je kan daarmee dus ook niets veranderen aan wat er gaat gebeuren, ookal doen ze graag alsof het wel zo is.
Net zo is het met de infrastruktuur, waar ze ook graag over praten alsof de provincie daar veel in de melk mee te brokkelen heeft. Dat is ook vooral de volgorde en de nadruk die de provincie er als eigen stempel op kan drukken. Het is ook raar om zoiets provinciaal te doen, mensen reizen allang niet meer vooral in hun eigen provincie rond. Maar de Rijksoverheid kan erop rekenen dat de provincie er niets belangrijks aan kan veranderen, dus mogen ze het hebben.
Waar de provincie nog wèl wat over te zeggen heeft, is de milieuvergunningen die worden uitgedeeld. Nou is daar natuurlijk ook een enorm raamwerk voor opgesteld, dus veel te beslissen is daar niet, en bij de èchte grote gevallen heeft het Rijk al voorgeschreven wat het gaat worden, maar als het gaat om de keus tussen een milieuvergunning voor Teunissen of voor De Vries is de provincie aan zet. En als je niet één van die twee bent, zegt het je waarschijnlijk niets.
Voor wat de provincie gaat doen is het dus niet echt de moeite waard. Maar er is één ding wat stemmen in deze verkiezing wèl de moeite waard maakt. En misschien dit zelfs de belàngrijkste stem maakt die je uit kan brengen. Dat is dat de provinciale staten de leden van de Eerste Kamer kiezen. En die Eerste Kamer, die is meer de moeite waard dan die andere politieke instituten.
De Eerste Kamer is namelijk het laatste struikelblok voor wetten die in de Tweede Kamer doorgejuicht zijn met de waan van de dag. Het is een plek waar de goedgekeurde wetsvoorstellen nogeens goed onder de loep worden gelegd, om te kijken of ze wel echt goed zijn, en niet gewoon als stemmenkanon door zijn gedouwd terwijl ze nogal tekortkomen. Dat heeft ons ooit gered van de WRP.
Goed, de afgelopen jaren is de Eerste Kamer steeds volgzamer geworden, en zijn de fracties in de Eerste Kamer steeds meer onder de partijdiscipline gekomen, zodat er in de beide Kamers hetzelfde geluid uit komt. En heel veel mensen kiezen hetzelfde bij de Tweede Kamerverkiezingen als bij de Provinciale Statenverkiezingen, dus er is niet zo heel veel verschil tussen de samenstelling van de Kamers. Dat is jammer.
Als je je dan zorgen maakt dat de behandeling in de Eerste Kamer dus wel hetzelfde zal verlopen als in de Tweede, dan heb je wel een beetje gelijk. Gelukkig is nogsteeds de houding van de Eerste Kamer anders dan in de Tweede Kamer, maar het is dom om erop te vertrouwen dat politici hun belangrijke taak boven partijdiscipline laten gaan. En als je dat weet, zie je waarom stemmen hier belangrijk is.
Je kan zeggen dat als de Eerste Kamer doet wat hij moet doen, die het enige beetje demokratie in de Rijkspolitiek is. De Tweede Kamer heeft alles al dichtgetimmerd met achterkamertjespolitiek en een regeerakkoord, maar in de Eerste Kamer heb je nog mensen die kritisch naar de wetsvoorstellen kijken, en stemmen volgens een mogelijk andere samenstelling dan in de Tweede Kamer. Dan gelden de meeste stemmen nog.
Daarom is het superbelangrijk dat de samenstelling van de Eerste Kamer niet hetzelfde wordt als de Tweede Kamer. De machtsverhoudingen moeten anders liggen, en het moet niet voor de hand liggen dat de coalitie gewoon zijn zin kan doordrukken. Als de coalitie een minderheid in de Eerste Kamer kan krijgen, moeten de andere partijen ook vóór het wetsvoorstel stemmen.
Nou is dat niet snel een enorme hindernis voor een wet, want zoveel verschil is er niet tussen de grote partijen, maar het leidt in ieder geval tot een beetje inhoudelijke behandeling. En dat is zoveel als we mogen hopen. En ja, de meeste gematigde kiezers laten de Provinciale Staten liever links liggen. En de SGP en CU hebben de dominee die de kiezers naar de stembus jaagt, dus die krijgen meestal meer zetels dan je zou denken.
Maar er stemmen minder mensen bij de Provinciale verkiezingen. Dus je stem telt voor meer mee. En de meute die meestal achter de vaste partijen gaat staan, hoe hard ze ook verneukt worden door die vaste partijen, heeft minder interesse in de Provinciale statenverkiezingen. Dus jouw stem is belangrijk. Ook als je helemaal niet volgt wat er in de Provincie of in de Eerste Kamer gebeurt. Je stem werkt voor je.
Laat je niet door kieskompassen en andere zogenaamd neutrale bronnen leiden, die helemaal afgaan op mooie praatjes en beloftes. Kijk naar wat de partijen echt dóén en stèmmen. Dus in plaats van kieskompas, waar je wordt gematcht met een partij op basis van zogenaamde principes die nooit uit de klei komen, neem je een uurtje en ga je naar partijgedrag.nl, waar je echt kan zien wat ze doen, en waar al die principes die ze beweren te hebben uitkomen.
Dus stem. En stem op een partij van buiten de coalitie. Liefst zo ver mogelijk erbuiten. Laat je stem de Eerste Kamer versterken. En als je denkt dat het toch niet uitmaakt, bedenk dan maar dat Mark Rutte de Eerste Kamer het liefst zou afschaffen. Dan weet je dus wel beter.
De provincies hebben een eigen bestuur, maar dat hangt een beetje in tussen wat het Rijk en de gemeentes overlaten. En dat is niet veel, en wordt steeds minder. En wat ze nog officiëel te beslissen hebben, zit zo dichtgetimmerd met Rijksregeltjes en inmenging vanuit de landelijke politiek, dat het weinig meer voorstelt. Het is een beetje invulling geven aan wat al besloten is door een andere overheidslaag.
Ze praten er wel over dat ze beslissingen nemen in de stikstofcrisis, maar ze beslissen alleen wie er als eerste kapot moet. Dàt er boeren in die provincie kapot moeten, is al in het Rijk besloten, en die hebben de verantwoordelijkheid voor het vieze werkje van het echte kapotmaken uitbesteed aan de provinciebesturen. Je kan daarmee dus ook niets veranderen aan wat er gaat gebeuren, ookal doen ze graag alsof het wel zo is.
Net zo is het met de infrastruktuur, waar ze ook graag over praten alsof de provincie daar veel in de melk mee te brokkelen heeft. Dat is ook vooral de volgorde en de nadruk die de provincie er als eigen stempel op kan drukken. Het is ook raar om zoiets provinciaal te doen, mensen reizen allang niet meer vooral in hun eigen provincie rond. Maar de Rijksoverheid kan erop rekenen dat de provincie er niets belangrijks aan kan veranderen, dus mogen ze het hebben.
Waar de provincie nog wèl wat over te zeggen heeft, is de milieuvergunningen die worden uitgedeeld. Nou is daar natuurlijk ook een enorm raamwerk voor opgesteld, dus veel te beslissen is daar niet, en bij de èchte grote gevallen heeft het Rijk al voorgeschreven wat het gaat worden, maar als het gaat om de keus tussen een milieuvergunning voor Teunissen of voor De Vries is de provincie aan zet. En als je niet één van die twee bent, zegt het je waarschijnlijk niets.
Voor wat de provincie gaat doen is het dus niet echt de moeite waard. Maar er is één ding wat stemmen in deze verkiezing wèl de moeite waard maakt. En misschien dit zelfs de belàngrijkste stem maakt die je uit kan brengen. Dat is dat de provinciale staten de leden van de Eerste Kamer kiezen. En die Eerste Kamer, die is meer de moeite waard dan die andere politieke instituten.
De Eerste Kamer is namelijk het laatste struikelblok voor wetten die in de Tweede Kamer doorgejuicht zijn met de waan van de dag. Het is een plek waar de goedgekeurde wetsvoorstellen nogeens goed onder de loep worden gelegd, om te kijken of ze wel echt goed zijn, en niet gewoon als stemmenkanon door zijn gedouwd terwijl ze nogal tekortkomen. Dat heeft ons ooit gered van de WRP.
Goed, de afgelopen jaren is de Eerste Kamer steeds volgzamer geworden, en zijn de fracties in de Eerste Kamer steeds meer onder de partijdiscipline gekomen, zodat er in de beide Kamers hetzelfde geluid uit komt. En heel veel mensen kiezen hetzelfde bij de Tweede Kamerverkiezingen als bij de Provinciale Statenverkiezingen, dus er is niet zo heel veel verschil tussen de samenstelling van de Kamers. Dat is jammer.
Als je je dan zorgen maakt dat de behandeling in de Eerste Kamer dus wel hetzelfde zal verlopen als in de Tweede, dan heb je wel een beetje gelijk. Gelukkig is nogsteeds de houding van de Eerste Kamer anders dan in de Tweede Kamer, maar het is dom om erop te vertrouwen dat politici hun belangrijke taak boven partijdiscipline laten gaan. En als je dat weet, zie je waarom stemmen hier belangrijk is.
Je kan zeggen dat als de Eerste Kamer doet wat hij moet doen, die het enige beetje demokratie in de Rijkspolitiek is. De Tweede Kamer heeft alles al dichtgetimmerd met achterkamertjespolitiek en een regeerakkoord, maar in de Eerste Kamer heb je nog mensen die kritisch naar de wetsvoorstellen kijken, en stemmen volgens een mogelijk andere samenstelling dan in de Tweede Kamer. Dan gelden de meeste stemmen nog.
Daarom is het superbelangrijk dat de samenstelling van de Eerste Kamer niet hetzelfde wordt als de Tweede Kamer. De machtsverhoudingen moeten anders liggen, en het moet niet voor de hand liggen dat de coalitie gewoon zijn zin kan doordrukken. Als de coalitie een minderheid in de Eerste Kamer kan krijgen, moeten de andere partijen ook vóór het wetsvoorstel stemmen.
Nou is dat niet snel een enorme hindernis voor een wet, want zoveel verschil is er niet tussen de grote partijen, maar het leidt in ieder geval tot een beetje inhoudelijke behandeling. En dat is zoveel als we mogen hopen. En ja, de meeste gematigde kiezers laten de Provinciale Staten liever links liggen. En de SGP en CU hebben de dominee die de kiezers naar de stembus jaagt, dus die krijgen meestal meer zetels dan je zou denken.
Maar er stemmen minder mensen bij de Provinciale verkiezingen. Dus je stem telt voor meer mee. En de meute die meestal achter de vaste partijen gaat staan, hoe hard ze ook verneukt worden door die vaste partijen, heeft minder interesse in de Provinciale statenverkiezingen. Dus jouw stem is belangrijk. Ook als je helemaal niet volgt wat er in de Provincie of in de Eerste Kamer gebeurt. Je stem werkt voor je.
Laat je niet door kieskompassen en andere zogenaamd neutrale bronnen leiden, die helemaal afgaan op mooie praatjes en beloftes. Kijk naar wat de partijen echt dóén en stèmmen. Dus in plaats van kieskompas, waar je wordt gematcht met een partij op basis van zogenaamde principes die nooit uit de klei komen, neem je een uurtje en ga je naar partijgedrag.nl, waar je echt kan zien wat ze doen, en waar al die principes die ze beweren te hebben uitkomen.
Dus stem. En stem op een partij van buiten de coalitie. Liefst zo ver mogelijk erbuiten. Laat je stem de Eerste Kamer versterken. En als je denkt dat het toch niet uitmaakt, bedenk dan maar dat Mark Rutte de Eerste Kamer het liefst zou afschaffen. Dan weet je dus wel beter.
Abonneren op:
Posts (Atom)