Iets waar ik heel erg aan moest wennen toen ik het werk ging doen, was de roddelcultuur binnen de prostitutie. Hoeren roddelen erger dan oude buurvrouwen. Het is een rare verbinding van vrouwen die over seks roddelen, collega's die elkaar jaloers in de gaten houden, concurrentes die tegen elkaar samenspannen en mensen die roddels doorgeven omdat er geen nieuws over hun eigen groep in de krant te lezen is waar ze wat aan hebben.
Roddelen is een zonde. Dat kreeg ik als meisje altijd heel hard mee. En als er op school, na de kerk of op waterpolo geroddeld werd, luisterde ik altijd met rooie oortjes, en durfde ik niet mee te doen. Dat het zonde was, dat maakte het veel interessanter, zelfs als het flauwe roddels waren over mensen die ik niet kende. Ik probeerde altijd stilletjes bij de roddeltantes te zitten, ookal voelde ik me achteraf superschuldig.
Ik smul van roddels. Maar zelf roddel ik niet. Dat is eigenlijk een beetje oneerlijk, ergens. Ik pak het wel mee, maar ik draag niet bij. Maar aan de andere kant is het wel iets wat roddelaars héérlijk blijken te vinden, want die kunnen hun sappige roddels kwijt zonderdat ze het gevaar lopen dat hun roddels bij de verkeerde mensen terechtkomen. Ik word altijd de beste vriendinnen met de grootste roddelaars.
Toen ik de hoererij inging viel me al heel snel op hoeveel er geroddeld wordt. Achter de ramen waren de roddels niet van de lucht, maar dat was danook in de tijd dat Sjaban en zijn groep de boel onveilig maakten, dus we hadden goede redenen om elkaar in de gaten te houden, en we waren nog niet zo uitgedund en wegverboden, zodat je gewoon nog bij elkaar kon binnenlopen voor een praatje.
In de clubs heb je roddels die vooral binnen zo'n club gonzen, en gaan over iedereen die er niet bij zit. Als je op kamer was, werd er over je geroddeld, en de roddels over meiden die vertrokken waren gingen ook heel snel rond. Er zat iets onder van elkaar op onze plek houden, van zorgen dat we geen meid toestonden om boven de rest uit te steken. Het was tegelijk elkaar eerlijk houden, en elkaar onderdrukken zodat je zelf niet lelijk afstak, zelfs als je je werk niet goed deed.
Nu ik alleen nog maar escort doe heb ik alleen via mail en app contact met collega's, behalve als ik op een seksfeestje of trio ben met een collegaatje. Maar dan breekt de dijk ook door, en moet je echt even gaan zitten voor alle roddels. We hebben weinig contact, en dus grijpen we onze kansen wel. De behoefte is er wel, ookal krijgen we nietzovaak de kans. Het zijn wel andere sóórt roddels in de escort.
In gemeenschappen als een club, privéhuis of raambordeel, heb je dat er een soort verhaal wordt gemaakt van alle roddels. Die worden als een soort bal aan elkaar gedraaid, en maken hun eigen geheel. Roddels die daar niet inpassen, die sterven uit. In de escort kom je hier en daar wat roddels tegen, maar die maken niet samen een geheel. Daarvoor is er gewoon te weinig contact, de gemeenschap beslist niet wat er wordt geloofd.
Bovendien kan je in een privéhuis of club er niet omheen om bijna al je collegaatjes goed te leren kennen. En achter de ramen zie je elkaar ook wel staan, al ken je ze niet persoonlijk. In de escort moet je best nog moeite doen om elkaar tegen te komen, laat staan elkaar te leren kennen. Roddelen over meiden die je nooit hebt gezien en niet kent is dus helemaal niet meer de spil van de meeste roddels.
Roddels zijn natuurlijk smullen. Het is leuk om te kletsen over wat er voor geruchten zijn, en dat is dus ook waar het vooral om gaat. Het moet spannend en prikkelend zijn. Dus saaie roddels komen niet door. En roddels die een beetje prikkelend zijn, veranderen langzaam omdat ze steeds een stukje prikkelender worden verteld. Iedere keer als ze van mond tot mond gaan, worden ze een beetje heftiger.
Zo groeien ze. Ze worden niet door één iemand bedacht, die ze de wereld instuurt. Daar kom je achter als je achter roddels aan gaat zitten, en ze probeert terug te vinden bij hun bron. Dat is altijd een opgave en het werkt meestal ook niet. Haast nooit zelfs, als je alles bijelkaar bekijkt. Soms wel, en dan kom je aan de wortel van zo'n roddel eigenlijk altijd een heel ander verhaal tegen dan de roddel uiteindelijk werd.
In de gewone maatschappij is het denk ik onmogelijk om een roddel terug te volgen naar zijn begin. Maar we zijn in de hoererij niet met veel meiden, en roddelen wordt serieuzer genomen, dus je weet nog wel van wie je een roddel hoorde. En als je je bron maar de keus geeft om je haar bron te geven, óf de verantwoording te moeten nemen om toe te geven dat zij hem verzonnen heeft, dan krijg je wel te horen waar je moet zoeken.
Dat heb ik flink vaak moeten doen toen ik nog bezig was met mijn ontdekkingstocht naar hoe pooiers en loverboys werken, want het meeste wat ik daarover hoorde was via het roddelcircuit. Ik kon wel beslissen dat wat ik van de pooiermeiden hoorde de waarheid was, maar ik moest toch controleren wat er achter de verhalen over wilde misstanden zat, die rondgalmen in het roddelcircuit.
Soms heb je roddels die gewoon dwalen. Bijvoorbeeld een roddel over dat een goedlopende club binnenkort gaat sluiten. Die dwaalt rond, en gaat dan maanden of jaren in winterslaap. Dan komt hij opeens weer op, en gonst hij rond. Totdat iedereen ziet dat er niets van klopt, en hij weer in winterslaap gaat. Het is geen spannende roddel, en hij is makkelijk te controleren, dus hij verdwijnt weer snel.
De anekdotes doen het veel beter. Iedereen kent de roddel over de escort die wordt besteld, een drankje krijgt van haar klant, en dan bijkomt van haar drugs-coma in een badkuip met ijs, zonder haar nieren. Het is een heel grafisch en bloederig verhaal, en dat blijft wel rondgaan. Maar tegelijk weet elke escort wel dat het ook wel een tikje ongeloofwaardig is. Zo werken drugs niet, en zo werkt escort niet.
Ik heb bijvoorbeeld een andere roddel eens nagezocht. Die ging erover dat een meid een pooier had die haar zoontjes gijzelde, en zij moest werken om ze te mogen zien. Toen die roddel bij mij kwam was de naam van de meid al uit het verhaal verdwenen, en de naam van haar club ook. Ik moest dus de rij meiden af waarlangs die roddel naar mij gekomen was. Elke keer moet je dan een collega die je niet kent zover krijgen dat ze je vertelt van wie ze het verhaal heeft.
De eerste handvol meiden die ik tegenkwam in die ketting gaven hetzelfde verhaal door. Toen was de roddel dus al "volwassen." Pas na een paar maanden zoeken kwam ik bij iemand die het verhaal iets anders vertelde. Namelijk dat het niet in Nederland gebeurde, maar in Frankrijk. Gelukkig had ik in die regio in Frankrijk een kennis die me kon helpen, en die heeft mijn ketting verder gevolgd.
Ook in Frankrijk bleef het verhaal even hetzelfde, maar het richtte zich steeds meer op één club in één stad. En de vrouw kreeg opeens een nationaliteit, ze was Algerijnse. En de kinderen zaten vast in Algerije. Nog een stapje verder, en zij was Franse die getrouwd was met een Algerijn. Nog een stapje verder, en ze was niet getrouwd met die Algerijn, maar ze had wel kinderen met hem. Die hij door zijn moeder liet opvoeden in Algerije.
Ik kwam uiteindelijk niet bij die vrouw zelf. Die was niet meer te vinden. Maar wel collega's van haar bij dezelfde club, die vertelden dat ze werkte in de club om zich te onderhouden, en haar man haar kinderen bij haar had weggehaald omdat hij niet wou dat zijn kinderen door een hoer werden opgevoed. Zij spaarde geld op om de rechtzaken te kunnen voeren om ze terug te krijgen, en daar had ze over getierd. En zo was de roddel begonnen.
Waar zo'n roddel begint, en watvoor verhaal het wordt, dat zijn dus dingen die helemaal niet veel met elkaar temaken hoeven te hebben. Maar veel roddels blijven ook gewoon heel. Soms kom je een roddel tegen dat alle meiden van een bepaalde nationaliteit, in een bepaalde club of in een bepaalde ramenstraat gedwongen zijn. Als je dan gaat zoeken waar die vandaankomt, krijg je eigenlijk altijd te horen dat de oorspronkelijke bron een hulpverlener of een politieman is geweest. Die verspreiden die roddels graag.
Roddels vanuit politie en reddingsindustrie herken je eraan dat het niet gaat om één buitenbeentje die iets ergs meemaakt, maar dat het een voorbeeld is van iets geaccepteerds. Dat wordt vertoond alsof je hier een keertje te horen krijgt wat honderdduizend keer in het geheim gebeurt, en nooit tevoorschijn komt. Het gaat veel vaker om hele groepen mensen, en het is ontzettend zwartwit.
Politie-roddels herken je meteen. Ze hebben niets fantasierijks, ze volgen precies het verhaal waar de politie dat jaar in gelooft, ze zijn veel te breed, veel te ver van je eigen ervaring, en vooral veel te saai. Echte roddels die zo saai zijn komen niet in omloop. Deze politieroddels gaan alleen een beetje een eigen leven leiden omdat je ze zo váák hoort. En als je iets vaak genoeg hoort, gaat het vanzelf een keertje je aandacht trekken.
Er komt heel duidelijk naar voren dat het geplande, expres in omloop gebrachte roddels zijn. Als je een beetje leert hoe roddels werken, ga je die herkennen. De meeste roddels komen gewoon omdat je wat gehoord hebt en het doorgeeft, en het begint met iemand die haar hart komt luchten of een schandaaltje komt klikken. Expres in omloop gebrachte roddels zijn andere verhalen.
De roddels die van hulpverlening of politie afkomstig zijn, hebben meestal de bedoeling om angst te zaaien. Zelf noemen ze het liever "waarschuwen." De roddels die van de meiden zelf afkomen zijn soms uit winstbejag, soms ellenbogenwerk om een concurrente zwart te maken, soms zwartepieten, soms voor de sjiek, maar meestal eigenlijk gewoon uit verveling. Want een roddel beginnen en die als een vogeltje in de wereld loslaten vinden sommige mensen maar wàt spannend.
Soms hoor je een roddel dat in een bepaalde club echt íédereen, behalve één kattige roddeltante, een hele nare SOA heeft. Dan weet je al waar je mee temaken hebt. Een ander voorbeeld is een roddel over een gangbang-organisator die zijn meisjes niet betaalt. Dat lijkt dan eerst een nuttige waarschuwing, maar die zingt dan alleen rond bij meiden die de man niet kennen, en wordt tegengesproken door wie hem wèl kent. Zo werkt concurrentie nou eenmaal, helaas.
Expres in omloop gebrachte roddels hebben een bedoeling. En daar wordt een verhaaltje bij bedacht. Dat verhaaltje is meestal niet heel raar, en makkelijk normaal te vinden. Voor een roddel zou dat je op moeten vallen. Want de sappigste roddels gaan over de extreemste dingen. En echte roddels hebben altijd iets schandaligs wat mensen lekker moeten vinden, of een beetje een horrorfilm-gevoel bij moeten krijgen.
Ook niet expres in omloop gebrachte roddels zijn meestal onzin hoor. We kennen allemaal wel de roddel van de vrouw die een cardate had met een klant, en zo hard tekeerging dat ze bij het hoogtepunt opeens alle airbags af liet gaan, zodat ze uit de auto moest worden geknipt. De grootste onzin, maar je weet dat die niet expres is gemáákt omdat niemand er wat aan hééft. Een roddel waarbij je hoort dat als je meiden uit Sliven niet aangeeft bij de politie, dat je dan gegijzeld wordt, dat is heel wat anders.
Dat moet je apart zien van roddels met een moraal. Bestwel veel roddels hebben een moraal, of die nou wel of niet wordt uitgesproken. Meestal is de moraal dat je ergens mee moet oppassen, en niet te luchtig over mag doen. De roddel over een klant die een overjas stijf dichthoudt tot je topless bent, en dan de jas opent om te laten zien dat hij eronder naakt is en een joekel van een broodmes in een riem om zijn middel heeft, komt vaak met een opmerking dat je altijd op wapens verdacht moet zijn.
Zo'n moraal zit er meestal niet vanaf het begin in, merk ik. Als ik een roddel naspeur die een moraal heeft, komt die vaak pas na een paar stappen erin. En dan wordt het verhaal ook een stukje omgebogen om beter bij die moraal te passen. Netzoals in sprookjes is de moraal meestal dat je voorzichtig en niet te brutaal moet zijn, ookal is dat in onze business eigenlijk helemaal niet de goede manier om veilig te blijven. Het zit er toch in bij de mensen hè.
Wat ik heel interessant vond, was dat roddels met elkaar kunnen paren. Ik liep roddels na waarbij een roddel op een bepaald moment in twee was gesplitst, en de twee verschillende vormen als verschillende roddels doorgingen. Dat zorgde natuurlijk ervoor dat je het gevoel kreeg dat het vaker voorkwam dan als die roddel in zijn eentje was gebleven. Maar andersom gebeurt dus ook.
Soms krijg je roddels te horen die eigenlijk begonnen als twee of meer verschillende roddels. Omdat die oorspronkelijke roddels iets gemeen hadden, en dat hoeft alleenmaar een scène te zijn, of dat ze in dezelfde stad zouden zijn gebeurd, kan het gebeuren dat mensen het gaan vertellen alsof die twee verhalen bij elkaar horen. Zo'n gefuseerde roddel gebeurt natuurlijk vooral als de twee verhalen elkaar aanvullen. Maar het wordt er wel minder wáár van.
Ik vond het bij de roddel dat een vrouw in een wagen stapt bij een onbekende klant, die een seriemoordenaar blijkt te zijn achteraf. Het verhaal zegt dat hij haar op de snelweg begint te vertellen dat hij haar gaat vermoorden. Zij blijft nuchter tegen hem praten, en hij raakt zo gefrustreerd van dat ze niet bang wordt, dat hij haar langs de weg dumpt. Raar verhaal natuurlijk, en als je gaat zoeken blijkt dat het een gefuseerde roddel is, uit twee verhalen die wèl kunnen kloppen.
Dit was best een ouwe, dus het duurde heel lang voordat het spoor afgelopen was, maar als je temaken hebt met roddels met een baard sla je makkelijk heel veel stapjes over als je de oudste roddeltantes die je kent op hun praatstoel zet. Dan nog was het een probleem, want de roddels waar dit vandaankomt zijn ouder dan de jaren zestig, en wie weet wel nog veel ouder. Maar de fusie moet ongeveer toen zijn gebeurd.
Het is een fusie tussen een roddel uit de VS, waar een vrouw een vaste klant had die haar altijd vertelde over zijn moordfantasieën tijdens de wip, en klaarkwam als hij beschreef hoe angstig die mensen waren die hij vermoordde. Maar ja, mannen lullen wat af. Later zag ze hem in de krant terug, omdat hij was opgepakt voor een moord. Zij was heel erg aangeslagen, want ze vroeg zich af wat hij met haar zou kunnen hebben gedaan als zij angstig was geweest.
De andere roddel kan verschillende bronnen hebben. Die gaat erover dat een straatmeid bij een klant instapt, en ontdekt dat hij een vervelende kwal is. Ze wil hem niet dumpen, want ze staat daar illegaal, en ze wil niet dat hij wraak neemt door naar de politie te stappen. Dus begint ze een heel verhaal over een blaasontsteking, zodat hij afgegeild raakt en haar vraagt uit te stappen.
Samen vormen die dus de véél geilere gefuseerde roddel. Die heeft die andere roddels ook al vijftig jaar overleefd. En misschien wel langer, want zo'n roddel kan heel lang leven, zolang er maar mensen zijn die hem nog steeds spannend genoeg vinden om door te roddelen. Kijk maar bijvoorbeeld op social media, hoeveel verhalen daar telkens maar rondgaan, en een eigen leven leiden.
Veel roddels bevatten wel een ervaring. Niet die van de politie natuurlijk, of van andere mensen die een verhaal verzinnen om een doel te bereiken, maar spontane roddels zijn wel gebaseerd op een echte ervaring. Daar blijft weinig van over als zo'n roddel eenmaal de wereld in is, maar een pitje waarheid ontsnapt vaak wel mee met de spannende geruchten die we aan elkaar vertellen.
Ik heb veel roddels nagezocht omdat ik op zoek was naar wat er nou klòpt van alle verhalen die je hoort. En dat viel helemaal niet mee. Toch was het wel leuk. Je voelt je echt iedere keer alsof je een stapje dichterbij komt. Het is altijd erg frustrerend als je toch doodloopt, omdat je de volgende stap in de ketting niet meer kan vinden. Die is met pensioen verdwenen, of verhuisd, en dan kom je nergens meer. Dat gebeurt zó vaak, haast altijd.
Ook heel frustrerend is om bij een roddeltante te komen die beweert dat al die roddels haarzelf zijn overkomen. Allemaal, ze heeft het met eigen ogen gezien. Vaak zijn dat van die borderline-types die het fantastisch vinden om met die wilde verhalen de aandacht naar zich toe te trekken. En als je vragen gaat stellen, verzinnen ze alleenmaar meer en gekkere verhalen om af te dekken dat er duidelijk niets klopt van wat ze je vertellen.
Roddels zijn onbetrouwbaar. En je moet echt heel veel werk doen om te ontdekken wat er nou waar is. En je kan een roddel heel moeilijk onderscheiden van een via-via nieuwtje, die in onze business zo belangrijk zijn. Dat is waarom nieuwsstukjes zoveel tijd kosten, en dat is waarom ik zoveel netwerk nodigheb om mijn blogje genoeg kwaliteit te geven. Want of het nou uit de massamedia of uit het roddelcircuit komt, je kan niets zomaar geloven wat over de business wordt gezegd.
maandag 29 januari 2018
maandag 22 januari 2018
Antwoord op: Het topje van de ijsberg
Gaat het over cijfers van de misstanden in de hoererij, dan krijg je van de kant van de overheid, en ook van de kant van de zieligheidsindustrie, altijd drie dingen te horen. De cijfers van Comensha, alsof dat serieus bewezen zaken zijn en niet onderbuikvermoedens, dat mensenhandel, dwang en misstanden schrikbarend toenemen, en tenslotte dat we alleen nog maar het tòpje van de ijsberg zien.
Dat is allemáál onwaar, maar vandaag schrijf ik over dat laatste zinnetje. Dat we maar het topje van de ijsberg zouden zien.
Het idee achter het topje van de ijsberg is dat we maar een heel klein deel zien van de gevallen van misstanden, en dat het grootste deel verborgen blijft. We kijken niet goed genoeg, we vinden niet genoeg gevallen, en zelf kunnen die passieve meisjes natuurlijk ook niet naar buiten komen, het is onzichtbaar, dus er gebeurt heel veel dwang en ellende waar we nooit achterkomen. Dus dat nemen we maar aan dat het bestaat.
Wat je dan aan moet nemen, dat verschilt. De meeste bedrijven en instanties hebben het alleenmaar over "veel meer" slachtoffers dan waar we van weten. Ze moeten wel een beetje een slag om de arm houden, want aannames die je niet kan onderbouwen moeten niet te duidelijk aannames zijn. Alleen de Nationaal Rapporteur Mensenhandel heeft een ivoren toren hoog genoeg om het niet uit te laten maken. En die zegt dat er makkelijk tíén keer zoveel slachtoffers kunnen zijn als we weten!
Aannames over hoeveel er dan gemist wordt zijn nooit ergens op gebaseerd. Ik heb echt gezocht, en ik heb zelfs mensen benaderd die hebben gewerkt bij de Nationaal Rapporteur Mensenhandel, die de grootste gebruiker van dit zinnetje is. Die kwam niet verder dan dat de gevallen die Comensha "kan vinden" slechts een tiende zijn van wat er volgens sommige buitenlandse lobbyclubs zou moeten zijn in Nederland. Van iets anders wist die ook niet, want de Rapporteur krijgt alleen informatie uit de zieligheidsindustrie, het OM en de politie.
Er is ook afgelopen jaar een schatting uitgekomen van het "dark number" van hoe groot die ijsberg onder water nou is, maar dat heb ik apart aleens geplaatst. Dat is nog ondoorzichtiger geweest dan wat je normaal al voor publicaties van verbiedertjes kan verwachten, maar deze keer was ik erg blij dat mijn statistiekmannetje daar een uitgebreid stukje over schreef, want het was erger dan normaal. Netzoals altijd bleek het weer gebakken lucht.
Nu zou de kous af moeten zijn. Het is nergens op gebaseerd, dus dan zou ik in een volmaakte wereld genoeg moeten hebben gezegd. Maar zo is de wereld niet, deze zinnetjes zijn namelijk zo gevaarlijk omdat ze aansluiten bij onderbuikgevoelens over hoe het zou werken in de prostitutie.
Ik ga niet nogeens schrijven over het idee dat misstanden, en vooral mensenhandel, en dan vooràl dwang, onzichtbaar zouden zijn. Ik ga er ook niet nog een keer overheen dat we natúúrlijk liegen over dat we geen slachtoffer zouden zijn. En ookal is dit een hele duidelijke vorm van excessen de norm maken, ook daar ga ik niet het hele verhaal over herhalen. Via de koppelingen kunnen jullie dat allemaal teruglezen.
Mensen geloven graag in de hoererij als een soort ondergrondse wereld. Ze hebben een denkbeeld over prostitutie wat niet samen kan bestaan met ideeën over ons als gewone werkende ondernemers die het gewoon werk vinden wat we doen. Dat is niet geil, dat is niet eng genoeg om zoiets engs als seks recht te doen, het is niet wat ze in de media horen, en het prikkelt niet zoveel als de slavinnetjesfantasie die je overal hoort.
Hoe die ondergrondse wereld dan geheim blijft is een probleem. Daar wordt dan meestal een enorme maffia bij verzonnen, die dan alle taken kan doen die je nodighebt om iemand in de persoonlijke dienstverlening tòch niet de kans te geven om hulp in te roepen. Als het namelijk ècht zo'n hel zou zijn als het denkbeeld belooft, dan zouden we massaal trillend op het politieburo zitten na onze eerste klant. Die maffia fantaseren we erbij om te voorkomen dat we aan ons denkbeeld moeten twijfelen.
Ga maar eens na. Met duizenden vrouwen in Nederland alleen al die seksen voor geld hebben we elk jaar maar een handjevol meiden die naar de politie stappen om aangifte te doen van dwang of misstanden. En daar zitten zelfs best wat verhalen tussen waar je vraagtekens bij moet zetten. Zelfs als je weet hoe politie-aandacht voelt, is dat raar als je aanneemt dat de horrorverhalen over hoererij kloppen. Je kiest toch voor het minste van de kwaden.
We vergoelijken het. Elke twijfel die tevoorschijn borrelt krijgt een eigen slap smoesje. Want waaròm zouden mensen geen aangifte doen van meerdere verkrachtingen per dag, afpersing, diefstal, bedreiging, mishandeling, ontvoering en nogwel meer? En waarom doen dan mensen van buiten de hoererij wèl aangifte van die dingen, zelfs als ze niet allemaal samen en de hele tijd gebeuren?
Dan krijgen we verhalen over dat die arme meisjes te geknakt zijn, en teveel trauma hebben. Die twee heb ik gelukkig al behandeld. Je hoort ook nog weleens dat ze geen aangifte durven te doen, omdat hun pooiers weten waar ze het meisje moeten vinden. Dat vinden we dan weer niet een logische reden om te zeggen dat niemand durft om aangifte te doen van inbraak, terwijl inbrekers toch ook weten waar je woont.
Sowieso is het raar dat uitgerekend de politie dat argument zou gebruiken. Als je namelijk aangifte doet, meldt de politie netjes aan de persoon tegen wie die aangifte loopt, met je hele naam en adres, ookal zeggen ze soms dan juist weer niet waar je ze van beschuldigt. Dus meestal vinden ze het helemaal geen punt dat de enge crimineel je gegevens hoort, en gaan ze er niet vanuit dat je daarom geen aangifte zal doen.
Er worden heel veel voordehandliggende vragen gesust, en er worden een paar hele belangrijke niet gesteld. Bijvoorbeeld: hoe wéten we eigenlijk dat we heel veel slachtoffers niet zien, als we die slachtoffers niet zien? Veel mensen met wie ik spreek denken dat er gewoon weinig mensen zijn bij wie we het kunnen bewijzen, maar dat er wel bij heel veel mensen onbetwijfelbaar is dat het mis is, en dat we die met elkaar vergelijken.
Maar zo is dat dus niet. Echt èlk signaal van misstanden, de meest vage of gewoon foute dingen, worden geteld als mogelijk slachtoffer van de mensenhandel. We pakken dus àlle vermoedens mee. Lees hier maar hoe gek we daarmee doen. We hebben dus alle vermoedens tot "wat we zien" gebombardeerd, en de rest van de ijsberg is dus nieteens op concrete vermoedens en signalen gebaseerd. Die is alleen bedacht bij de oorverdovende stilte van mensen die geen teken geven bij misstanden te zijn betrokken.
In de rechtzaal is bewijs een formaliteit geworden, waarmee vakjes worden ingevuld. Daar is de emotie de baas, en het bewijs alleen een ondersteuning. Maar als het om waarheid vinden gaat, is bewijs nog steeds het enige wat een gedachte meer waarde kan geven dan een onderbuikgevoel. Je moet iets hebben om je ideeën mee te onderbouwen, anders kan je gewoon niet zeggen dat het waar is, of zelfs maar geloofwaardig is.
Helaas komen de meeste mensen niet zover dat ze dat zelfs maar zíén. Want wie gaat er nou graven om zulke lekkere verhalen in twijfel te trekken? Het wordt aangenomen als de waarheid omdat het gezegd wordt door mensen met autoriteit. Dat is een drogredenering, en een hele foute. Als iemand maar een gerespekteerde autoriteit heet, kan die vanalles zeggen zonder een spoortje onderbouwing. Helaas is dat voor bijna iedereen toch genoeg.
Dat is allemáál onwaar, maar vandaag schrijf ik over dat laatste zinnetje. Dat we maar het topje van de ijsberg zouden zien.
Het idee achter het topje van de ijsberg is dat we maar een heel klein deel zien van de gevallen van misstanden, en dat het grootste deel verborgen blijft. We kijken niet goed genoeg, we vinden niet genoeg gevallen, en zelf kunnen die passieve meisjes natuurlijk ook niet naar buiten komen, het is onzichtbaar, dus er gebeurt heel veel dwang en ellende waar we nooit achterkomen. Dus dat nemen we maar aan dat het bestaat.
Wat je dan aan moet nemen, dat verschilt. De meeste bedrijven en instanties hebben het alleenmaar over "veel meer" slachtoffers dan waar we van weten. Ze moeten wel een beetje een slag om de arm houden, want aannames die je niet kan onderbouwen moeten niet te duidelijk aannames zijn. Alleen de Nationaal Rapporteur Mensenhandel heeft een ivoren toren hoog genoeg om het niet uit te laten maken. En die zegt dat er makkelijk tíén keer zoveel slachtoffers kunnen zijn als we weten!
Aannames over hoeveel er dan gemist wordt zijn nooit ergens op gebaseerd. Ik heb echt gezocht, en ik heb zelfs mensen benaderd die hebben gewerkt bij de Nationaal Rapporteur Mensenhandel, die de grootste gebruiker van dit zinnetje is. Die kwam niet verder dan dat de gevallen die Comensha "kan vinden" slechts een tiende zijn van wat er volgens sommige buitenlandse lobbyclubs zou moeten zijn in Nederland. Van iets anders wist die ook niet, want de Rapporteur krijgt alleen informatie uit de zieligheidsindustrie, het OM en de politie.
Er is ook afgelopen jaar een schatting uitgekomen van het "dark number" van hoe groot die ijsberg onder water nou is, maar dat heb ik apart aleens geplaatst. Dat is nog ondoorzichtiger geweest dan wat je normaal al voor publicaties van verbiedertjes kan verwachten, maar deze keer was ik erg blij dat mijn statistiekmannetje daar een uitgebreid stukje over schreef, want het was erger dan normaal. Netzoals altijd bleek het weer gebakken lucht.
Nu zou de kous af moeten zijn. Het is nergens op gebaseerd, dus dan zou ik in een volmaakte wereld genoeg moeten hebben gezegd. Maar zo is de wereld niet, deze zinnetjes zijn namelijk zo gevaarlijk omdat ze aansluiten bij onderbuikgevoelens over hoe het zou werken in de prostitutie.
Ik ga niet nogeens schrijven over het idee dat misstanden, en vooral mensenhandel, en dan vooràl dwang, onzichtbaar zouden zijn. Ik ga er ook niet nog een keer overheen dat we natúúrlijk liegen over dat we geen slachtoffer zouden zijn. En ookal is dit een hele duidelijke vorm van excessen de norm maken, ook daar ga ik niet het hele verhaal over herhalen. Via de koppelingen kunnen jullie dat allemaal teruglezen.
Mensen geloven graag in de hoererij als een soort ondergrondse wereld. Ze hebben een denkbeeld over prostitutie wat niet samen kan bestaan met ideeën over ons als gewone werkende ondernemers die het gewoon werk vinden wat we doen. Dat is niet geil, dat is niet eng genoeg om zoiets engs als seks recht te doen, het is niet wat ze in de media horen, en het prikkelt niet zoveel als de slavinnetjesfantasie die je overal hoort.
Hoe die ondergrondse wereld dan geheim blijft is een probleem. Daar wordt dan meestal een enorme maffia bij verzonnen, die dan alle taken kan doen die je nodighebt om iemand in de persoonlijke dienstverlening tòch niet de kans te geven om hulp in te roepen. Als het namelijk ècht zo'n hel zou zijn als het denkbeeld belooft, dan zouden we massaal trillend op het politieburo zitten na onze eerste klant. Die maffia fantaseren we erbij om te voorkomen dat we aan ons denkbeeld moeten twijfelen.
Ga maar eens na. Met duizenden vrouwen in Nederland alleen al die seksen voor geld hebben we elk jaar maar een handjevol meiden die naar de politie stappen om aangifte te doen van dwang of misstanden. En daar zitten zelfs best wat verhalen tussen waar je vraagtekens bij moet zetten. Zelfs als je weet hoe politie-aandacht voelt, is dat raar als je aanneemt dat de horrorverhalen over hoererij kloppen. Je kiest toch voor het minste van de kwaden.
We vergoelijken het. Elke twijfel die tevoorschijn borrelt krijgt een eigen slap smoesje. Want waaròm zouden mensen geen aangifte doen van meerdere verkrachtingen per dag, afpersing, diefstal, bedreiging, mishandeling, ontvoering en nogwel meer? En waarom doen dan mensen van buiten de hoererij wèl aangifte van die dingen, zelfs als ze niet allemaal samen en de hele tijd gebeuren?
Dan krijgen we verhalen over dat die arme meisjes te geknakt zijn, en teveel trauma hebben. Die twee heb ik gelukkig al behandeld. Je hoort ook nog weleens dat ze geen aangifte durven te doen, omdat hun pooiers weten waar ze het meisje moeten vinden. Dat vinden we dan weer niet een logische reden om te zeggen dat niemand durft om aangifte te doen van inbraak, terwijl inbrekers toch ook weten waar je woont.
Sowieso is het raar dat uitgerekend de politie dat argument zou gebruiken. Als je namelijk aangifte doet, meldt de politie netjes aan de persoon tegen wie die aangifte loopt, met je hele naam en adres, ookal zeggen ze soms dan juist weer niet waar je ze van beschuldigt. Dus meestal vinden ze het helemaal geen punt dat de enge crimineel je gegevens hoort, en gaan ze er niet vanuit dat je daarom geen aangifte zal doen.
Er worden heel veel voordehandliggende vragen gesust, en er worden een paar hele belangrijke niet gesteld. Bijvoorbeeld: hoe wéten we eigenlijk dat we heel veel slachtoffers niet zien, als we die slachtoffers niet zien? Veel mensen met wie ik spreek denken dat er gewoon weinig mensen zijn bij wie we het kunnen bewijzen, maar dat er wel bij heel veel mensen onbetwijfelbaar is dat het mis is, en dat we die met elkaar vergelijken.
Maar zo is dat dus niet. Echt èlk signaal van misstanden, de meest vage of gewoon foute dingen, worden geteld als mogelijk slachtoffer van de mensenhandel. We pakken dus àlle vermoedens mee. Lees hier maar hoe gek we daarmee doen. We hebben dus alle vermoedens tot "wat we zien" gebombardeerd, en de rest van de ijsberg is dus nieteens op concrete vermoedens en signalen gebaseerd. Die is alleen bedacht bij de oorverdovende stilte van mensen die geen teken geven bij misstanden te zijn betrokken.
In de rechtzaal is bewijs een formaliteit geworden, waarmee vakjes worden ingevuld. Daar is de emotie de baas, en het bewijs alleen een ondersteuning. Maar als het om waarheid vinden gaat, is bewijs nog steeds het enige wat een gedachte meer waarde kan geven dan een onderbuikgevoel. Je moet iets hebben om je ideeën mee te onderbouwen, anders kan je gewoon niet zeggen dat het waar is, of zelfs maar geloofwaardig is.
Helaas komen de meeste mensen niet zover dat ze dat zelfs maar zíén. Want wie gaat er nou graven om zulke lekkere verhalen in twijfel te trekken? Het wordt aangenomen als de waarheid omdat het gezegd wordt door mensen met autoriteit. Dat is een drogredenering, en een hele foute. Als iemand maar een gerespekteerde autoriteit heet, kan die vanalles zeggen zonder een spoortje onderbouwing. Helaas is dat voor bijna iedereen toch genoeg.
maandag 15 januari 2018
Vriendschap met klanten
Vriendschappelijk met klanten omgaan is normaal in elke soort werk waar je klanten hebt. En veel mensen zijn ook best vrienden met klanten. Niet met allemaal natuurlijk, maar er zijn best veel mensen die afentoe eens een glaasje gaan drinken met een klant van hun bedrijf, die goed advies geven aan hun klant over dingen die nieteens met het werk temaken hebben, of die de inkoper van de klant neuken.
In sommige beroepen zie je je klant nieteens. Order picker bij een webshop bijvoorbeeld, of als je achterin de zaak werkt bij een fabriek. Dan heb je geen binding met je klanten, en zij niet met jou. In andere beroepen heb je wel wat contact met je klant, zoals bij winkeliers of bij glazenwassers. Maar dat is vluchtig. Dokters, kapsters of adviseurs hebben juist veel intenser contact. En als je nog een stapje verder gaat, kom je bij de hoererij.
Je levert je klant een seksuele dienst. Maar behalve in een paar gevallen ben je bezig om mèt je klant een beurt te maken. En je geeft hem het liefst ook het idee dat hij daar veel initiatief in heeft, of dat nou zo is of niet. Je bent sámen ergens mee bezig, en je bent bestwel intieme dingen aan het doen. Want daar komt hij voor. Wat je doet is al intiem, en als ik mijn werk goed doe is het voor hem heel diep duiken in die intimiteit.
Tegen elke klant moet je vriendelijk zijn. Zelfs de klanten die je huren voor vernedering of dominantie. Het blijft een klant zich welkom laten voelen met zijn seksualiteit. De klant is ook vriendelijk tegen jou, want zo reageren mensen erop als je je vriendelijk tegen ze gedraagt, en intieme dingen met ze doet.
Veel meer klanten denken dat ze vrienden met me zijn, dan dat ik klanten heb die ik mijn vrienden vind. Bijna èlke klant wil vrienden worden, en zoekt een manier om dat te laten gebeuren. Sommige klanten hebben daar veel meer voor over dan andere. Omdat ik professioneel werk probeer ik ze het gevoel te geven alsof het ook zo is, terwijl ik wel duidelijk maak dat ze in de eerste plaats klant zijn, en we het professioneel moeten houden.
Maar we zijn mensen. We gaan intiem met elkaar om, de klant opent zich naar mij, en ik geef bestwel om mijn klantjes. En ik trek me dus bestwel aan hoe het met mijn vaste klantjes is. Zoals zij het zich ook aantrekken hoe het met mij gaat. Daar krijgen ze wel een verhaal over, maar ik deel mijn persoonlijke leven niet met mijn klanten. Dat is niet alleen voor mijn privacy, maar ook omdat hij het echte verhaal eigenlijk niet wil weten.
De klant laten denken dat hij en ik intieme vrienden zijn, daar draai ik mijn hand niet voor om. Zelfs niet als je er eerlijk bij blijft aangeven dat je professioneel blijft, en dat er dus geen toekomst aan zit. Het is een kunstje dat ik wel geleerd heb. De eerste jaren schoot ik daar weleens mee verkeerd, maar ik beheers het nu zonder te hoeven proberen. Het is veel moeilijker als ik zelf vrienden word met een klant.
Er is een verschil tussen om je klant geven en vrienden met hem worden. Ik geef om bijna al mijn klantjes, het zijn mijn mannetjes en ik wil dat ze goed verzorgd zijn. Maar mannen die echt een stukje van mijn leven worden, waar ik mee kan lachen en plagen, en die ik meer ga gunnen dan wat een klant mag verwachten, die brengen me buiten mijn routine. En dan weet ik niet altijd goed wat ik nou moet.
Sommige klanten begrijpen me gewoon. Of die zijn in ieder geval sympatiek. Of hebben een ongrijpbaar iets waardoor ik me bevriend met ze ga voelen. Dat zijn mannen die ik mis als ze te lang wegblijven, en waar het me wat doet als we het niet eenszijn ergens over. Mannen die ik vertrouw, en waarbij ik erop kan vertrouwen dat ze mij als een vriendin zullen behandelen als dat ooit nodig is.
Ik ben niet iemand die makkelijk iemand een vriend noemt. En ik ben niet iemand die oppervlakkig vrienden kan blijven. Dat maakt het moeilijk als zo'n vriendschap met een klant ontstaat. Het gaat soms botsen met mijn illusies, het wordt soms moeilijk om de klant te gaan sturen, en allemaal omdat er iets in mij is dat op een hele andere manier met hem om wil gaan.
De mystiek die je voor een man moet hebben lijdt eronder. Als ik mijn gewone onnadenkende beetje grove zelf ben, dan werkt dat gewoon veel minder dan als ik mijn verleidelijke, geheimzinnige persona voor hem weef. Maar als ik een man een vriend vind, dan ben ik vanzelf wat ontspannener, en dan piept het er wel uit. Al was het maar dat ik onsierlijk ga lachen om zijn grapjes.
Ik werk het beste met hele duidelijke scheidingen. Je kan mijn vriend zijn, mijn neukmaatje, mijn partner, mijn klant, een vent die niet weet dat ik voor hem ingehuurd ben, een scharrel na een avond uit, een vreemdeling waarmee ik een leuk gesprek heb in de tram, maar die dingen kunnen bij mij niet goed samen. Ik ben anders tegen al die verschillende mensen, en ik kan het niet goed mengen.
Elke klant wil vrienden met me worden, en ik wil vriendelijk zijn met mijn klanten, maar ik wil het niet dieper laten worden dan gewoon een klant. En soms heb ik dat niet helemaal in de hand, en word ik toch vrienden met klanten. Dat gaat soms wel goed. Maar soms is zo'n klant-vriend ooknog heel goed in bed, en als je een vriend bent en je maakt me goed klaar, dan word ik verliefd. Daar kan ik niets aan doen. En dan wordt het pas echt ingewikkeld.
Ingewikkeld, en elke keer een pijnlijke toestand. Soms omdat ik me raar ga voelen en raar ga doen, soms omdat de klant opeens een hele andere vent is als partner dan als klant, soms omdat zo'n verliefdheid verdampt en dan de scherven achterlaat, maar altijd omdat ik een goede manier van omgaan met die man moest verlaten omdat ik het in mijn bol kreeg. Dus soms moet ik verstandig zijn, en een fijne, lieve klant laten schieten omdat ik me niet in bedwang kan houden.
In sommige beroepen zie je je klant nieteens. Order picker bij een webshop bijvoorbeeld, of als je achterin de zaak werkt bij een fabriek. Dan heb je geen binding met je klanten, en zij niet met jou. In andere beroepen heb je wel wat contact met je klant, zoals bij winkeliers of bij glazenwassers. Maar dat is vluchtig. Dokters, kapsters of adviseurs hebben juist veel intenser contact. En als je nog een stapje verder gaat, kom je bij de hoererij.
Je levert je klant een seksuele dienst. Maar behalve in een paar gevallen ben je bezig om mèt je klant een beurt te maken. En je geeft hem het liefst ook het idee dat hij daar veel initiatief in heeft, of dat nou zo is of niet. Je bent sámen ergens mee bezig, en je bent bestwel intieme dingen aan het doen. Want daar komt hij voor. Wat je doet is al intiem, en als ik mijn werk goed doe is het voor hem heel diep duiken in die intimiteit.
Tegen elke klant moet je vriendelijk zijn. Zelfs de klanten die je huren voor vernedering of dominantie. Het blijft een klant zich welkom laten voelen met zijn seksualiteit. De klant is ook vriendelijk tegen jou, want zo reageren mensen erop als je je vriendelijk tegen ze gedraagt, en intieme dingen met ze doet.
Veel meer klanten denken dat ze vrienden met me zijn, dan dat ik klanten heb die ik mijn vrienden vind. Bijna èlke klant wil vrienden worden, en zoekt een manier om dat te laten gebeuren. Sommige klanten hebben daar veel meer voor over dan andere. Omdat ik professioneel werk probeer ik ze het gevoel te geven alsof het ook zo is, terwijl ik wel duidelijk maak dat ze in de eerste plaats klant zijn, en we het professioneel moeten houden.
Maar we zijn mensen. We gaan intiem met elkaar om, de klant opent zich naar mij, en ik geef bestwel om mijn klantjes. En ik trek me dus bestwel aan hoe het met mijn vaste klantjes is. Zoals zij het zich ook aantrekken hoe het met mij gaat. Daar krijgen ze wel een verhaal over, maar ik deel mijn persoonlijke leven niet met mijn klanten. Dat is niet alleen voor mijn privacy, maar ook omdat hij het echte verhaal eigenlijk niet wil weten.
De klant laten denken dat hij en ik intieme vrienden zijn, daar draai ik mijn hand niet voor om. Zelfs niet als je er eerlijk bij blijft aangeven dat je professioneel blijft, en dat er dus geen toekomst aan zit. Het is een kunstje dat ik wel geleerd heb. De eerste jaren schoot ik daar weleens mee verkeerd, maar ik beheers het nu zonder te hoeven proberen. Het is veel moeilijker als ik zelf vrienden word met een klant.
Er is een verschil tussen om je klant geven en vrienden met hem worden. Ik geef om bijna al mijn klantjes, het zijn mijn mannetjes en ik wil dat ze goed verzorgd zijn. Maar mannen die echt een stukje van mijn leven worden, waar ik mee kan lachen en plagen, en die ik meer ga gunnen dan wat een klant mag verwachten, die brengen me buiten mijn routine. En dan weet ik niet altijd goed wat ik nou moet.
Sommige klanten begrijpen me gewoon. Of die zijn in ieder geval sympatiek. Of hebben een ongrijpbaar iets waardoor ik me bevriend met ze ga voelen. Dat zijn mannen die ik mis als ze te lang wegblijven, en waar het me wat doet als we het niet eenszijn ergens over. Mannen die ik vertrouw, en waarbij ik erop kan vertrouwen dat ze mij als een vriendin zullen behandelen als dat ooit nodig is.
Ik ben niet iemand die makkelijk iemand een vriend noemt. En ik ben niet iemand die oppervlakkig vrienden kan blijven. Dat maakt het moeilijk als zo'n vriendschap met een klant ontstaat. Het gaat soms botsen met mijn illusies, het wordt soms moeilijk om de klant te gaan sturen, en allemaal omdat er iets in mij is dat op een hele andere manier met hem om wil gaan.
De mystiek die je voor een man moet hebben lijdt eronder. Als ik mijn gewone onnadenkende beetje grove zelf ben, dan werkt dat gewoon veel minder dan als ik mijn verleidelijke, geheimzinnige persona voor hem weef. Maar als ik een man een vriend vind, dan ben ik vanzelf wat ontspannener, en dan piept het er wel uit. Al was het maar dat ik onsierlijk ga lachen om zijn grapjes.
Ik werk het beste met hele duidelijke scheidingen. Je kan mijn vriend zijn, mijn neukmaatje, mijn partner, mijn klant, een vent die niet weet dat ik voor hem ingehuurd ben, een scharrel na een avond uit, een vreemdeling waarmee ik een leuk gesprek heb in de tram, maar die dingen kunnen bij mij niet goed samen. Ik ben anders tegen al die verschillende mensen, en ik kan het niet goed mengen.
Elke klant wil vrienden met me worden, en ik wil vriendelijk zijn met mijn klanten, maar ik wil het niet dieper laten worden dan gewoon een klant. En soms heb ik dat niet helemaal in de hand, en word ik toch vrienden met klanten. Dat gaat soms wel goed. Maar soms is zo'n klant-vriend ooknog heel goed in bed, en als je een vriend bent en je maakt me goed klaar, dan word ik verliefd. Daar kan ik niets aan doen. En dan wordt het pas echt ingewikkeld.
Ingewikkeld, en elke keer een pijnlijke toestand. Soms omdat ik me raar ga voelen en raar ga doen, soms omdat de klant opeens een hele andere vent is als partner dan als klant, soms omdat zo'n verliefdheid verdampt en dan de scherven achterlaat, maar altijd omdat ik een goede manier van omgaan met die man moest verlaten omdat ik het in mijn bol kreeg. Dus soms moet ik verstandig zijn, en een fijne, lieve klant laten schieten omdat ik me niet in bedwang kan houden.
maandag 8 januari 2018
Antwoord op: Ik was eerst positief over prostitutie, maar...
Er zijn nu en dan mensen, haast altijd in de massamedia, die horrorverhalen vertellen over sekswerk, en die dat brengen als een soort ontdekkingstocht. Vroeger waren ze vrijheid blijheid, geloofden ze in de gezonde prostitutie, maar nu hebben ze een wandeling over de Wallen gemaakt waar ze meisjes door pooiers in elkaar gebeukt zagen worden, hebben van zedenagenten gehoord hoe het ècht is, of kwamen in kontakt met slachtoffertjes van Fier of Bright Fame, en nu zijn ze bekeerd.
Als je dat hoort of leest, is het tijd voor een flinke korrel zout.
Ik ken deze verhalen al heel lang, en lang voordat ik ze over sekswerk hoorde. Je komt ze namelijk heel veel tegen in Evangelische bladen. Dan gaat het over een verstokte atheïst die God haatte, en zich van het geloof af had gewend. Die had alle atheïstische boeken gelezen, soms ook echt de atheïstische satansbijbel, en had veel atheïstische vrienden. Hij was ervan overtuigd dat hij God niet hoefde te dienen, en dat hij niet onder God stond.
Maar dan is er toch een grote leegte in je leven, en ookal vertelt de atheïst zichzelf dat hij voldoening vindt in het wereldlijke, is dat toch niet zo. En op een dag kwam hij dan een foldertje tegen tussen de post, of iemand op straat zei: "Jezus houdt van je," of hij vond een Bijbel in zijn hotelkamer, en toen vielen hem de schellen van de ogen. Hij werd vervuld door het Licht, en hij begon de Bijbel te bestuderen en werd overtuigd Christen.
Dat verhaal maakt altijd indruk. Niet alleen als het om Christen worden gaat, maar dus ook bij mensen die tegen prostitutie zijn bekeerd, of wat dan ook. Het is een verhaal dat mensen iets doet, en meeslepend is. Ookal is het meestal, als je een beetje gaat kijken of het klopt, eigenlijk nooit waar. Of de verhalen nou gaan over Jezus vinden of over een afkeer krijgen van sekswerk.
Veel van de "bekeerlingen" zijn danook mensen die uit een evangelisch nest komen. En de kanalen waardoor ze hun verhalen vertellen zijn vaak Christelijke bladen en omroepen. Binnen de Christelijke wereld zijn mensen het gewend, en staan ervoor open. Daarbuiten zijn mensen er minder aan gewend, en laten zich beetnemen omdat ze niet gewend zijn om op die manier te worden geleid. Maar mensen die er vaker aan zijn blootgesteld, gaan het wel zien.
De verhalen zijn meestal onhandig gemaakt. Iemand die een beetje gaat kijken wat er echt verteld wordt, komt al snel rare kronkels tegen, en kan zien dat er dingen bij elkaar zijn gefantaseerd. Dat is minder duidelijk voor mensen die geen achtergrondkennis hebben, maar meestal vertrouwen de "bekeerlingen" zo op het bekeerling-effekt dat ze erop rekenen dat niemand echt gaat kijken of het wel klopt.
Er ìs namelijk een bekeerling-effekt dat achter deze rare manier van verhalen vertellen zit. Mensen luisteren anders naar bekeerlingen, en een verhaal over een bekering klinkt veel overtuigender dan het zou moeten zijn, als je alleen naar de argumenten zou luisteren die de bekeerling zogenaamd hebben overtuigd. Leg volgende keer dat je een bekeringsverhaal hoort maareens de echte argumenten naast elkaar.
Bekeerlingen vertellen een verhaal. Mensen leven zich in in verhalen, en gaan er emotioneel in mee. Het maakt niet uit hoe geloofwaardig het verhaal is, of wat de hoofdrolspeler beweegt, want de emotie is wat er de lezer beïnvloedt. Het is een pakkend verhaal, je loopt het pad mee met iemand die een nieuw inzicht heeft gekregen. Jij wil wel weten wat dat inzicht is, en nieuwsgierig dat je bent leef je je in.
Een ander aspect is dat een bekeerling bij beide kanten van de discussie serieus genomen wordt. Voor mensen aan de bekeerde kant is hij iemand die naar hun is overgestapt, voor de verlaten kant is hij iemand die ooit één van "ons" was, en dus iemand was waarmee je echt samen kon zijn, en die dus iemand is met wie je je kan identificeren. En omdat je hem serieus neemt, neem je dus ook serieuzer dat wat hem overtuigde, ook jou kan overtuigen.
Je hebt er ook een kant aan dat hij niet uit hoeft te leggen wat jouw kant van het verhaal is, want de bekeerling wàs daar al, en het was niet genoeg om bij jouw kant te blijven. Alle redenen om aan de kant die hij verlaten had te blijven, zijn niet overtuigend. En dat demonstreert hij door over te stappen. Hij heeft beide kanten gezien, en hij heeft heel overtuigend gekozen voor zijn bekering.
Bij prostitutie komt er nog wat bij kijken dat je bij evangelische bekeerlingen niet hebt. Weinig mensen snappen iets van prostitutie, en er gaan allemaal verhalen rond. Als je hoer bent, heb je in elk geval dat jij wèl weet wat er aan de hand is. Als je hoeren als mensen ziet, zie je ze dus ook meteen als mensen die goed ingelicht zijn over wat hun werk inhoudt. En de tegenstanders van sekswerk hebben dat niet. Tot ze zeggen dat ze dat wel wáren, maar zijn bekeerd.
Niet alleen hebben ze dan dezelfde geloofwaardigheid als jij, ze hebben méér geloofwaardigheid. Want zij hebben de grote overstap gemaakt. En dat is iets waar mensen vanzelf waarde in zien. Mensen weten heel goed dat het heel moeilijk is om toe te geven dat je op het verkeerde paard hebt gewed en van gedachte, laat staan van rol, te veranderen. Dus iemand die dat doet moet wel héle goede redenen hebben gehad. En het is een verhaal, geen betoog, dus je gaat er niet tegenin.
En dat je mensen hebt die hele goede redenen hebben om over te stappen, laten mensen die dat niet doen eruitzien alsof ze eigenlijk ookwel die overstap zouden moeten maken, om diezelfde redenen, maar zich ervoor verstoppen omdat ze niet toe willen geven dat ze foutzitten. In de evangelische wereld is dat het idee dat atheïsten wel wéten dat God eigenlijk hun Heer is, maar het niet wìllen zien. In wereldse dingen is het hetzelfde idee, maar herken je het niet zo snel.
Je hebt er ook een kant aan dat mensen graag laten zien dat ze door het stof moesten gaan voor hun bekering. Dat laat zien hoe nederig je wel niet bent. Opscheppen over hoe nederig je bent vind ik altijd iets hypocriets hebben. Het wordt heel veel gebruikt door dit soort bekeerlingen en nepbekeerlingen, om respect op te wekken door te doen alsof ze iets opbiechten wat zó moeilijk voor ze is om te bekennen.
Dus het bekeerling-effekt is best sterk, en best lichtverteerbaar. Geen wonder dat die verhalen zo populair zijn. Maar tegelijk zijn ze meestal ook gewoon niet waar. Als je gaat zoeken, kom je eigenlijk altijd tegen dat de zogenaamde bekeerling altijd al geloofde wat hij nu gelooft.
Als je dat hoort of leest, is het tijd voor een flinke korrel zout.
Ik ken deze verhalen al heel lang, en lang voordat ik ze over sekswerk hoorde. Je komt ze namelijk heel veel tegen in Evangelische bladen. Dan gaat het over een verstokte atheïst die God haatte, en zich van het geloof af had gewend. Die had alle atheïstische boeken gelezen, soms ook echt de atheïstische satansbijbel, en had veel atheïstische vrienden. Hij was ervan overtuigd dat hij God niet hoefde te dienen, en dat hij niet onder God stond.
Maar dan is er toch een grote leegte in je leven, en ookal vertelt de atheïst zichzelf dat hij voldoening vindt in het wereldlijke, is dat toch niet zo. En op een dag kwam hij dan een foldertje tegen tussen de post, of iemand op straat zei: "Jezus houdt van je," of hij vond een Bijbel in zijn hotelkamer, en toen vielen hem de schellen van de ogen. Hij werd vervuld door het Licht, en hij begon de Bijbel te bestuderen en werd overtuigd Christen.
Dat verhaal maakt altijd indruk. Niet alleen als het om Christen worden gaat, maar dus ook bij mensen die tegen prostitutie zijn bekeerd, of wat dan ook. Het is een verhaal dat mensen iets doet, en meeslepend is. Ookal is het meestal, als je een beetje gaat kijken of het klopt, eigenlijk nooit waar. Of de verhalen nou gaan over Jezus vinden of over een afkeer krijgen van sekswerk.
Veel van de "bekeerlingen" zijn danook mensen die uit een evangelisch nest komen. En de kanalen waardoor ze hun verhalen vertellen zijn vaak Christelijke bladen en omroepen. Binnen de Christelijke wereld zijn mensen het gewend, en staan ervoor open. Daarbuiten zijn mensen er minder aan gewend, en laten zich beetnemen omdat ze niet gewend zijn om op die manier te worden geleid. Maar mensen die er vaker aan zijn blootgesteld, gaan het wel zien.
De verhalen zijn meestal onhandig gemaakt. Iemand die een beetje gaat kijken wat er echt verteld wordt, komt al snel rare kronkels tegen, en kan zien dat er dingen bij elkaar zijn gefantaseerd. Dat is minder duidelijk voor mensen die geen achtergrondkennis hebben, maar meestal vertrouwen de "bekeerlingen" zo op het bekeerling-effekt dat ze erop rekenen dat niemand echt gaat kijken of het wel klopt.
Er ìs namelijk een bekeerling-effekt dat achter deze rare manier van verhalen vertellen zit. Mensen luisteren anders naar bekeerlingen, en een verhaal over een bekering klinkt veel overtuigender dan het zou moeten zijn, als je alleen naar de argumenten zou luisteren die de bekeerling zogenaamd hebben overtuigd. Leg volgende keer dat je een bekeringsverhaal hoort maareens de echte argumenten naast elkaar.
Bekeerlingen vertellen een verhaal. Mensen leven zich in in verhalen, en gaan er emotioneel in mee. Het maakt niet uit hoe geloofwaardig het verhaal is, of wat de hoofdrolspeler beweegt, want de emotie is wat er de lezer beïnvloedt. Het is een pakkend verhaal, je loopt het pad mee met iemand die een nieuw inzicht heeft gekregen. Jij wil wel weten wat dat inzicht is, en nieuwsgierig dat je bent leef je je in.
Een ander aspect is dat een bekeerling bij beide kanten van de discussie serieus genomen wordt. Voor mensen aan de bekeerde kant is hij iemand die naar hun is overgestapt, voor de verlaten kant is hij iemand die ooit één van "ons" was, en dus iemand was waarmee je echt samen kon zijn, en die dus iemand is met wie je je kan identificeren. En omdat je hem serieus neemt, neem je dus ook serieuzer dat wat hem overtuigde, ook jou kan overtuigen.
Je hebt er ook een kant aan dat hij niet uit hoeft te leggen wat jouw kant van het verhaal is, want de bekeerling wàs daar al, en het was niet genoeg om bij jouw kant te blijven. Alle redenen om aan de kant die hij verlaten had te blijven, zijn niet overtuigend. En dat demonstreert hij door over te stappen. Hij heeft beide kanten gezien, en hij heeft heel overtuigend gekozen voor zijn bekering.
Bij prostitutie komt er nog wat bij kijken dat je bij evangelische bekeerlingen niet hebt. Weinig mensen snappen iets van prostitutie, en er gaan allemaal verhalen rond. Als je hoer bent, heb je in elk geval dat jij wèl weet wat er aan de hand is. Als je hoeren als mensen ziet, zie je ze dus ook meteen als mensen die goed ingelicht zijn over wat hun werk inhoudt. En de tegenstanders van sekswerk hebben dat niet. Tot ze zeggen dat ze dat wel wáren, maar zijn bekeerd.
Niet alleen hebben ze dan dezelfde geloofwaardigheid als jij, ze hebben méér geloofwaardigheid. Want zij hebben de grote overstap gemaakt. En dat is iets waar mensen vanzelf waarde in zien. Mensen weten heel goed dat het heel moeilijk is om toe te geven dat je op het verkeerde paard hebt gewed en van gedachte, laat staan van rol, te veranderen. Dus iemand die dat doet moet wel héle goede redenen hebben gehad. En het is een verhaal, geen betoog, dus je gaat er niet tegenin.
En dat je mensen hebt die hele goede redenen hebben om over te stappen, laten mensen die dat niet doen eruitzien alsof ze eigenlijk ookwel die overstap zouden moeten maken, om diezelfde redenen, maar zich ervoor verstoppen omdat ze niet toe willen geven dat ze foutzitten. In de evangelische wereld is dat het idee dat atheïsten wel wéten dat God eigenlijk hun Heer is, maar het niet wìllen zien. In wereldse dingen is het hetzelfde idee, maar herken je het niet zo snel.
Je hebt er ook een kant aan dat mensen graag laten zien dat ze door het stof moesten gaan voor hun bekering. Dat laat zien hoe nederig je wel niet bent. Opscheppen over hoe nederig je bent vind ik altijd iets hypocriets hebben. Het wordt heel veel gebruikt door dit soort bekeerlingen en nepbekeerlingen, om respect op te wekken door te doen alsof ze iets opbiechten wat zó moeilijk voor ze is om te bekennen.
Dus het bekeerling-effekt is best sterk, en best lichtverteerbaar. Geen wonder dat die verhalen zo populair zijn. Maar tegelijk zijn ze meestal ook gewoon niet waar. Als je gaat zoeken, kom je eigenlijk altijd tegen dat de zogenaamde bekeerling altijd al geloofde wat hij nu gelooft.
maandag 1 januari 2018
Gelukkig nieuwjaar!
Goede voornemens voor 2018:
- Mijn mail eens goed gaan bijhouden
- Geen verjaardagen meer vergeten, geen mensen meer vergeten een Kerstkaart te sturen
- W beter op de hoogte houden zodat ze met haar advies komt vóórdat ik het nodigheb
- Een héle Tango-cursus doen
- De antwoordstukjes nu ècht afronden
- SciPy leren
- Alle stukjes die maar niets willen worden gewoon schrappen
- Op zoek gaan naar een man voor een relatie, inplaatsvan hopen dat ik er toevallig eentje tegenkom
- De vakken die ik over moet doen extra aandacht geven, als ik een jaar doorschuif ben ik weer dertienduizend Euro extra kwijt
- Mijn kleren uitdunnen zodat alles in mijn kasten past