Beveiliging

Als je een prostituee bent, moet je goed op jezelf passen. Je bent op een discrete plek samen met een man die je niet goed kent. Hij heeft betaald, hij is geil, en hij heeft dus het idee dat hij dingen mág doen. De mensen hebben ook het idee dat de prostitutie een vrijplaats is, en dat zorgt ervoor dat je mannen kan hebben die rare dingen doen.

Het is me nog niet vaak gebeurd, maar af en toe zit er een klootzak tussen die zich niet buiten laat zetten. Sommige mannen nemen je gewoon niet serieus als je naakt bent. Het zijn júist de mannen die een vrouw die seks heeft niet serieus nemen, die voor problemen zorgen. Dan moet je zorgen dat je toch een troef achter de hand hebt.

Als je in een club werkt, zijn er altijd nog je collega's en soms een portier. Die kunnen dan ingrijpen, en in de clubs is even schreeuwen genoeg. Achter de ramen is dat net zo, maar daar hebben veel vrouwen ook nog een pooier met harde vuisten. Op die manier heb je veiligheid. Die vrouwen kunnen daarom wat brutaler zijn.

Sinds ik thuisontvangst doe, moet ik er zelf voor zorgen. In het begin was het nog nieuw voor me om zelf mijn klanten te regelen. Bij club en raam hoef je alleen maar mooi te zitten zijn. Ik dacht dat ik zo kon selecteren, dat ik geen agressieve mannen zou krijgen, en gewoon alleen de vriendelijke toe kon laten.

Dat klopte niet. Ik was nog niet ervaren genoeg, en ik wist nog niet dat de mannen als ze je benaderen, eigenlijk bezig zijn om je te versieren. Voor een man is het niet alleen maar zakelijk om contact met je te maken. Ze zijn bezig om een vrouw te veroveren, en ze proberen je geil en geïnteresseerd te maken. Het is best raar, want het hoeft natuurlijk helemaal niet. Ik vind het juist van respect spreken, als een man me vriendelijk maar zakelijk benaderd.

Omdat die mannen proberen om je te veroveren, krijg je een verkeerd beeld van ze. Elke man komt over als een beetje hulpelozer en schattiger dan dat hij is. De klootzakken kan je er niet meteen uitpikken. Dat komt pas als je bezig bent in het kamertje. Als je nog aangekleed bent, kijken ze wel uit om het te laten zien, want dan weten ze ook wel dat het meteen voorbij is.

Het zijn er echt niet veel, en echt gewelddadig heb ik ze nog niet vaak gehad. Ik heb wel wat mannen gehad die opeens gingen slaan, maar dat was dan iedere keer over als ik ging schreeuwen. Je moet je niet voorstellen dat je bij elke moeilijke klant meteen naar de pepper moet grijpen. Schreeuwen laat ze erg schrikken, ze zijn er niet op uit om gezien te worden. Meestal valt het dus wel mee. Er zijn er maar een paar geweest die ik echt niet zelf aandurfde.

Ik had vóór hem al wat slechte ervaringen in mijn thuiswerkplekje gehad, en ook al was het nog niet nodig geweest, ik had een paar sterke jongens van het poolcafé in de buurt in mijn telefoon staan. Ik betaalde ze om voor me klaar te staan. De klant kwam, en hij was heel aardig. Totdat we naakt waren. Hij was een hele gewone klant, een beetje kalend, blond, gebruind, mager, met best een flinke leuter. Zo snel als we naakt waren, en ik met hem begonnen was, begon hij al met opmerkingen die niet lekker klonken. Ze hadden een toontje dat ik een beetje dreigend vond. Ik was toen natuurlijk al op aan het letten. Tijdens het pijpen ging hij telkens zo staan dat ik moest gaan verzitten, dat vond ik irritant. Toen ik op wou houden, hield hij mijn hoofd vast.

Ik vind het bij de meeste klanten niet erg als ze mijn hoofd vasthouden. Ze doen dat niet om je te controleren, maar om meer contact met je te maken. Soms voel je je er claustrofobisch van, en dan is een beetje duwen tegen zijn handen genoeg. Je moet er niet teveel achter zoeken. Mannen doen het vaak zonder na te denken, en ze bedoelen er niets mee.

Zijn opmerkingen vond ik niet fijn. Het was niet alleen wàt hij zei, maar ook de toon die hij gebruikte. Hij wou macht over me, dat voelde ik wel. Het ging om kleine dingen, zoals: "Je kan maar beter gaan pijpen" en "Doe jij nou maar wat ik je zeg, dan gaat alles goedkomen" en "Pas op met die tanden, of ik word boos.

Deze vent was de hele tijd bezig met kleine dingen die me irriteerden. Ik was hem aan het berijden terwijl hij op zijn rug lag, en hij pakte opeens een sigaret. Ik herinnerde hem eraan dat ik niet laat roken in mijn huis. Hij lachte een beetje, en stak toen toch zijn sigaret aan. Ik zei dat hij die sigaret uit moest maken, of anders op kon rotten.

Hij ging met die sigaret heel dreigend naar mijn dij toe, en toen vond ik het wel te bedreigend. Ik heb hem uit me laten schieten, en ik ben van bed naar de TV-kast gesorongen. Achter de TV had ik toen de telefoon liggen, en ik drukte op de voorkiesknop voor mijn zware jongens. Maar toen had ik nog wel die man in mijn kamer.

Hij begon eerst die sigaret op te roken, dat kostte lekker veel tijd. Daarna heeft hij heel dreigend achter me aan gelopen door het appartement, met een hele dikke stijve. Hij maakte nog steeds dreigende opmerkingen. Op dat moment was ik misselijk, en trilde ik helemaal. Hij kon het volgens mij gewoon aan me zien, hij vond het hartstikke leuk dat ik bang voor hem was.

Ik had toen naast mijn bed en in de keuken wel messen liggen, omdat ik dan een wapen had. Ik heb dat niet gebruikt, omdat je toch niet zomaar gaat steken, als er echt iets is. Het was wel mooi bedacht van tevoren, maar ik was echt naïef. Je kan een heleboel vervelende dingen tegenkomen zonder dat je kunt gaan steken, dus zo'n mes is eigenlijk helemaal niet nuttig. Ik heb het nog steeds liggen voor noodgevallen, maar ik heb het ook maar beter verstopt, want ik heb intussen wel bedacht dat het ook tegen je kan worden gebruikt.

Ik stond te hopen dat hij niet gewelddadig zou worden toen ik de sleutel in het slot hoorde. De jongens van het café waren er, en daar ging zijn stijve meteen van over! Ik heb ze gezegd dat ze hem alleen maar naar buiten moesten brengen, en dat ik gewoon van hem afmoest. Hij heeft zelfs nog de tijd gekregen om zich aan te kleden. Daarna is hij weggegaan, met de zware jongens. Ik heb van de buurtjes gehoord dat hij in het portiek nog een grote bek kreeg, en daarom hebben ze hem in elkaar geslagen. Dat vind ik lief bedoeld, maar ik wou daar juist niets mee te maken hebben.

Het condoom dat hij achterliet, heb ik met walging weggegooid. Het is een beeld dat bij me is gebleven. Ik vind het werk geweldig, maar hij was als een indringer in mijn zaak. Ik voelde me alsof hij me overvallen had. Hij kwam in mijn zaak binnen, en ik verwelkomde hem als klant, maar hij bleek geen klant te willen zijn maar een agressieve misdadiger.

Ik heb een tip van vrienden gekregen, pepperspray. Dat is goed spul, het verblind je aanvaller en het is onschadelijk. Je kan het dus veel makkelijker gebruiken dan een mes. Tegenwoordig heb ik dat, en ik heb de bus wel in mijn hand gehad, maar ik heb nog nooit gespoten. Dat is niet nodig geweest. Mijn jongens zijn ertegen.

Nu ik wit werk, kon ik de jongens van het café niet meer gebruiken. Ik heb nu een abonnement bij een echt beveiligingsbedrijf. Ze hebben me een noodknop gegeven, en als ik die indruk, bellen ze meteen op. Als ik dan niet antwoord met een codewoord, schakelen ze de politie in. Ze zijn veel duurder dan de jongens, en ik heb ze nog niet nodig gehad. Ik hoop dat ze even goed werken. Ik hou mijn jongens nog wel even.

Je moet goed op je veiligheid letten. Het belangrijkste is dat je niet met je laat spelen. Als er zo'n man is die spelletjes met je gaat spelen, moet je hem meteen de deur wijzen. Dan kan het nog. Ik was te naïef om het te weten, zulke dingen worden alleen maar erger als je het toelaat. Tegenwoordig heb ik ook wat aan mijn werkflatje laten verbouwen zodat het niet meer zo kan gaan.

Op de politie kan ik niet rekenen. Als ik aangifte doe, dan vinden ze het ingewikkeld omdat ik een hoer ben. Ik ben een keer verkracht, en toen moesten ze overleggen of het wel verkrachting was, omdat die man betaald had. Je krijgt ook geen hulp als je word weggepest uit de buurt. Helaas val je buiten de samenleving die ze willen beschermen. Over die verkrachting schrijf ik misschien later nog weleens.

Er zijn rotklanten die gewelddadig of gevaarlijk worden. Het zijn er misschien vijf per jaar. Meestal kan je ze gewoon wegschreeuwen, maar af en toe word het lelijk. Dan moet je er wat aan doen. Als je passief bent, en gewoon hoopt dat het overgaat, dan kan zo'n man met je spelen. Als er wat misgaat, moet je vechten of hulp oproepen. Daar moet je op voorbereid zijn.